Vanwege de grote weerstand in de samenleving tegen het vrijhandelsakkoord TTIP (Trans-Atlantisch Vrijhandels- en Investeringsverdrag) tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie, is de Europese Commissie een ‘Informatie- en Dialoogoffensief’ gestart. Ook de Duitse regering en het Bundesverband der Deutschen Industrie (BDI) zetten zich zeer in om TTIP aan de man te brengen, want nergens is het verzet zo groot als in Duitsland.
[contextly_sidebar id=”fXUStHKrf8lL4FIExc7bVAkM9xUPl35p”]Dat werd op 10 oktober wel duidelijk bij de anti-TTIP-demonstratie in Berlijn, de grootste in heel Europa op die dag. Volgens officiële cijfers waren er meer dan 150.000 mensen op de been, volgens de organisatoren zo’n 250.000. Bovendien heeft een samenwerkingsverband van tegenstanders van het akkoord 3,28 miljoen handtekeningen uit heel Europa verzameld, waarvan veruit de meeste uit Duitsland.
Intussen trokken onderhandelingspartners VS en EU reeds consequenties uit de sterke afwijzing onder het publiek van de voorgenomen investeringsbescherming door middel van private arbitrage (ISDS). Volgens de nieuwe, afgezwakte variant moeten bij conflicten tussen ondernemingen en staten vanwege vermeende handelsbelemmeringen in plaats daarvan handelsrechtbanken ingezet worden, die in hun functioneren duidelijk meer lijken op traditionele rechtbanken.
Global players
Tegenstanders van TTIP nemen daar echter geen genoegen mee, zij keren zich in het algemeen tegen het eenzijdige bijzondere recht van bedrijven. Reeds de dreiging met een enorme schadeloosstellingseis zou staten ertoe kunnen bewegen ten nadele van de consument bepaalde noodzakelijke regulering achterwege te laten. Dat zou de toch al kostenefficiënt werkende grote Amerikaanse concerns nog meer concurrentievoordeel geven.
De bewering van de Amerikaanse minister van Handel Penny Pritzker, dat juist kleine en middelgrote ondernemingen zouden profiteren van geringere kosten, een betere markttoegang en hogere efficiëntie binnen de gigantische vrijhandelszone, weerspreken veel van dergelijke ondernemingen. Zij richten het samenwerkingsverband KMU op: ‘Kleine en Middelstandsondernemingen tegen TTIP’ en verzamelen handtekeningen van ondernemers voor hun eis dat de onderhandelingen die sinds 2013 lopen gestaakt worden. In Oostenrijk overhandigde de KMU 2000 handtekeningen aan de Oostenrijkse Handelskamer. Naar inschatting van het gerenommeerde ifo-Instituut is de stelling dat meer vrijhandel meer toegevoegde waarde betekent voor Europa’s boeren eveneens niet van toepassing.
Onder de indruk van de tegenwind vanuit de samenleving heeft de Europese Commissie een nieuwe strategie uitgewerkt, die echter slechts minimale koerswijzigingen inhoudt. Voorafgaand aan de elfde onderhandelingsronde over TTIP in Miami (Florida), verkondigde de Zweedse eurocommissaris Cecilia Malmström, dat als teken van meer transparantie parlementsleden in de toekomst in de hoofdsteden en in Brussel in beveiligde leesruimten toegang zouden hebben tot TTIP-documenten. Iets dat later weer beperkt werd tot Brussel.
In overeenstemming met een aanbeveling van de informeel aan de NAVO gelieerde, door de Amerikaanse overheid geïnstrueerde denktank ‘Atlantic Council’ benadrukken politici inmiddels meer de geostrategische betekenis van het akkoord. Als TTIP zou mislukken, dan zou het aanzien van de westerse wereld geschaad worden, zo zegt men. Economische en politieke kracht zijn voor de VS twee zijden van één medaille. Voor het behoud van hun wereldpolitieke positie zien de VS zich op de EU als quasi-uitbreidingsruimte aangewezen. Intussen wijzen Duitse politici als Sigmar Gabriël naar Oost-Azië en de Stille Oceaan, waar het TPP tussen diverse Noord- en Zuid-Amerikaanse en Aziatische landen al uitonderhandeld is, als om de Duitsers bang te maken dat men ‘over blijft’.
‘Acht kleine of vier dikke schroeven?’ kopt een artikel over TTIP in Deutschland Aktuell, een tijdschrift dat de Duitse overheid vier keer per jaar kosteloos aan de man brengt. Informatie staat er nauwelijks in, het is eerder als desinformatie aan te merken, zeker wanneer uitgerekend een kleine familiebedrijfje opgevoerd wordt om te werven voor de acceptatie van de omstreden investeringsbescherming voor buitenlandse investeerders. Op haar website biedt de regering maatschappelijke organisaties subsidie aan voor projecten met betrekking tot ‘public relations voor Europa’, onder andere met het oog op TTIP. De staat kan op deze wijze zonder meer een lobby-organisatie als het BDI ondersteunen, dat op internet via diverse kanalen onder het motto ‘Een sterk TTIP voor Duitsland’ af wil rekenen met de ‘mythen’ over TTIP. Dit jaar zijn kortom heftige debatten over TTIP tegen de achtergrond van de voortslepende onderhandelingen en de publieke weerstand te verwachten.