Als dader en slachtoffer bekend zijn, volgen vervolging, vergelding en vergoeding. Daarbij staat de overheid steeds in het midden om het recht te handhaven. Dat is kwestie van beschaving, want anders moeten we als burgers het recht in eigen handen nemen en is een lynchpartij nooit ver weg. Maar misschien moeten we eens gaan nadenken of de overheid niet soms ook een stap terug moet doen zodat dader en slachtoffer elkaar in de ogen kunnen kijken.
Zuid-Afrika maakte na de Apartheid een nieuw begin met behulp van de Waarheids- en Verzoeningscommissie van bisschop Tutu. In plaats dat werd gekozen voor alleen maar vergelding wees deze commissie op een andere mogelijkheid. Daders kregen de kans de waarheid op tafel te leggen en oog-in-oog met slachtoffers of nabestaanden hun misdaden op te biechten. Zo vertelde de oud-politieman Van de Broek hoe hij een achttienjarige zwarte jongen had doodgeschoten en verbrand, om later van hetzelfde gezin de vader mee te nemen en levend te verbranden. Toen Van de Broek zijn gruwelijke verhaal had gedaan en het stil was geworden, vroeg de rechter aan de vrouw, die zowel haar echtgenoot als haar zoon had verloren: “Wat wil je van deze man?” De vrouw antwoordde dat ze drie dingen wilde. Allereerst vroeg ze of Van de Broek haar de plaats kon aanwijzen waar hij haar man had verbrand zodat ze wat aarde mee kon nemen om haar man alsnog een vorm van begrafenis te geven. Van de Broek knikte en mompelde dat hij dat zou doen. Daarna zei ze dat ze nog steeds liefde had om te geven en dat ze graag wilde dat Van de Broek tweemaal per maand bij haar zou komen zodat ze als een moeder voor hem kon zijn. En om de moordenaar van haar man en zoon zeker te laten weten dat hij vergeven was, vroeg ze of ze hem ter plekke mocht omhelzen. Terwijl sommigen in de rechtbank spontaan ‘Amazing grace’ aanhieven (“I once was lost, but now I am found”) werd het Van de Broek te veel en viel hij flauw. Het waren ontmoetingen als deze die een haatdragende samenleving de weg wezen naar vergeving en verzoening.
Een overvaller laten luisteren naar het slachtoffer dat vertelt over zijn trauma. Tieners in Haren laten vertellen waar ze wat hebben gedaan en oog-in-oog brengen met de buurtbewoners die doodsangsten hebben uitgestaan. Het is misschien iets minder dramatisch dan wat er met Van de Broek in Zuid-Afrika gebeurde. Maar ook dan kan verzoening heilzaam zijn.