Gedurende zijn tijd in het Kazachstan van de vroege jaren ’50 was de verbannen Russische intellectueel Alexander Solzjenitsyn (zie deel 3 van De Goelagarchipel) in staat het gedrag te observeren van diverse nationaliteiten uit de Sovjet-Unie die door Stalin tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Centraal-Azië gedeporteerd waren. Van Esten en Wolga-Duitsers tot Kalmukken, Koreanen en Krimtataren waren ze onvergelijkbaar met de trotse en weerspannige Tsjetsjenen:
Er was echter één natie die maar niet zwichtte, die niet de mentale gewoontes van onderwerping aannam – en dan spreek ik niet slechts van individuele rebellen onder hen, maar van de hele natie tot op de man. Dat waren de Tsjetsjenen…
En wat het opmerkelijke was – iedereen was bang voor hen. Niemand kon hen er van weerhouden te leven zoals ze gewoon waren. Het bewind dat het land al dertig jaar regeerde kon ze niet dwingen haar wetten te respecteren.
De Tsjetsjenen bewandelen de Kazachse bodem met brutaliteit in hun ogen, mensen opzij dringend – en de ‘heren van het land’, en niet-heren net zo, springen eerbiedig aan de kant. De wet van de vendetta schept een krachtveld van vrees – en geeft zo kracht aan haar kleine bergvolk.
Gewone Amerikanen beleefden hun eerste kennismaking met Tsjetsjenen op een afschuwwekkende wijze op 15 april jongstleden, toen de broers Tamerlan en Dzjochar Tsarnaev naar verluidt een bomaanslag pleegden op de marathon van Boston, waarbij drie mensen om het leven kwamen en vele anderen verminkt werden. De jacht op de Tsarnaevs bracht de stad vervolgens in een de facto staat van beleg en hield de natie aan de buis gekluisterd terwijl media-commentatoren gisten naar hun motieven. De postmoderne consument kan en wil niets begrijpen van historische en culturele context, die zich niettemin ook in een straatwijsheid laat uitdrukken: rotzooien met Tsjetsjenen doe je op eigen risico. [i]
Waar de Tsjechische ambassadeur in Washington geografisch gehandicapte Amerikanen suste dat zijn land niet Tsjetsjenië is, hebben de Russen eeuwen van bloedige en bittere ervaring opgedaan met de bergbewoners. Het leven in de Kaukasus is, zoals Michail Lermontov het zo kunstig over wist te brengen, zowel van een grote schoonheid als een grote wreedheid en de mensen die er wonen zijn bezeten van een zekere wilde galanterie.[ii] Voor zijn vrienden spreidt de Kaukasische hooglander grootmoedigheid en strijdvaardigheid ten toon; tegen zijn vijanden wordt hij gedreven door een lust op wraak. Het Tsjetsjeense volk heeft veel geleden onder deportaties, verdrijving en oorlog, maar hun krijgers zouden ook veel lijden toevoegen aan Russische theaterbezoekers[iii], schoolkinderen, ziekenhuispatiënten en moeders van dienstplichtigen.
De verstandigheid van specifiek Russisch beleid buiten beschouwing gelaten, is zulk bloedvergieten de verschrikkelijke prijs gebleken voor het voorkomen van het uiteenvallen van het land in chaos. Vanwege het strategische belang van de regio, heeft Moskou van generatie op generatie geworsteld met de onbenijdbare taak de anarchische stammen van de Noord-Kaukasus te pacificeren.
En hoewel de Avaren van Dagestan zich voor kunnen laten staan op de ondernemingen van Imam Shamil, zijn het de ontzagwekkende Tsjetsjenen die het meest consequent en zonder nalaten verzet hebben geboden aan het Russische gezag. In de recentste conflicten konden bendes geharde vechtjassen die door de bergen zwierven slechts overtroefd worden door elite luchtmobiele en speciale eenheden van het Russische leger en zouden jonge mannen zoals Zhenya Rodionov door wrede bevelhebbers van de rebellen tot martelaar gemaakt worden.
Met de ervaring van twee decennia van oorlog en het bestrijden van opstanden in de Noord-Kaukasus tot haar beschikking, streeft het Kremlin naar ‘stabiliteit’ in de Tsjetsjeense Republiek, waarbij ze doordrongen is van de grenzen van dat idee. Miljarden kunnen naar een hoe dan ook corrupte regering in Grozny vloeien en allerhande misbruik en onrechtmatige zaken door de vingers gezien worden, zolang Ramzan Kadyrov de energieinfrastructuur veilig stelt, terreurcellen onderdrukt en de teips (clans) in het gelid weet te houden. Wat ook de dromen van Westerse denktank-ideologen mogen zijn, het onafhankelijke Tsjetsjenië van midden jaren ’90 was een wervelwind van criminaliteit en geweld, niet slechts vanwege de oorlog met het centrale gezag in Moskou, maar ook vanwege de neigingen van de Tsjetsjeense cultuur zelf. Een cultuur van banditisme en vetes werken, zoals Solzjenitsyn al opmerkte, een systematisch opstandige en onstabiele samenleving in de hand.
Het is precies deze instabiliteit in de regio die het Amerikaanse buitenlandbeleid sinds de val van de Sovjet-Unie heeft geprobeerd uit te buiten. Ten tijde van het presidentschap van de afgeleefde en dikwijls dronken Boris Jeltsin initieerden de Verenigde Staten diverse semi-officiële projecten om de Noord-Kaukasus aan de greep van het Kremlin te ontfutselen. Rusland had haar zaken niet op orde en strategische planners in Washington aasden op de perfecte kans eens en voor altijd af te rekenen met hun grootste geopolitieke tegenstrever. Moskou kon uiteraard niet direct geconfronteerd worden, aangezien er zogezegd een nieuw tijdperk in de relatie was aangebroken na het einde van de Koude Oorlog. Specialisten binnen de veiligheidsdiensten zouden dan ook eerder doorgaan met wat ze al deden, geheime oorlogvoering en psychologische operaties.
Net als de Afghaanse mujahedin, werden Tsjetsjeense rebellen uitverkoren door niemand anders dan de voormalige veiligheidsadviseur Zbigniew Brzezinski als voorhoede in het streven naar het ondermijnen van de Russische macht.[iv] Naast liberale internationalisten, werden neoconservatieven zoals architect van de Irakoorlog Richard Perle met graagte kampioenen van de ‘vrijheidsstrijders’ in het mediale debat. Niet-gouvernementele organisaties zoals de Jamestown Foundation, de National Endowment for Democracy en het American Committee for Peace in the Caucasus roepen reeds langer op tot een ‘politieke oplossing’ van territoriale en etnische conflicten in de Russische Federatie, d.w.z. het tenietdoen van de Russische soevereiniteit. De belangrijkste doelstellingen van het Amerikaanse beleid ten aanzien van de Noord-Kaukasus kan als volgt samengevat worden:
- Het vestigen van nieuwe staten, van Kosovo-achtige NAVO-protectoraten tot een islamitisch emiraat van de Zwarte tot de Kaspische Zee.
- Controle verkrijgen over de stroom van energiegrondstoffen van de Kaspische Zee (vandaar de voortdurende Amerikaanse bezetting van Afghanistan en de omsingeling van Iran).
- De Russen de toegang tot de Zwarte en Middellandse Zee ontzeggen door toereikende instabiliteit in de Noord-Kaukasus en Zuid-Rusland te creëren, in combinatie met het diplomatiek bespelen van Oekraïne.
- Het verzwakken en fragmenteren van de Russische staat zodat de Verenigde Staten het Euraziatische hartland kunnen domineren met haar omvangrijke rijkdom aan energiebronnen, alsmede haar transitnetwerken voor wapens, narcotica en migranten.
De CIA en het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken spelen een cruciale rol in het scheppen van kansen voor machtsprojectie in Eurazië, zowel door middel van geheime acties als door middel van publieke diplomatie. Met dit doel voor ogen, hebben Amerikaanse inlichtingendiensten behendig militante islamitische groepen tegen Russische belangen ingezet, waarbij ze operaties en financiering lieten verlopen via bondgenoten zoals de Saoedi’s, de Jordaniërs, de Turken en de Pakistanen. We kunnen niet alleen voorbeelden van dit fenomeen opnoemen, zoals de met Stingers bewapende mujahedin uit de jaren ’80 en een web van NGO’s dat de Tsjetsjeense zaak ondersteunde, maar ook het Kosovo Bevrijdingsleger, het omverwerpen van Muammar Gadaffi in 2011 en de huidige door de NAVO ondersteunde opstand tegen de Syrische regering van Bashar al-Assad. Al drie jaar nu, handelt deze jihadistische internationale in concert met Amerikaanse geopolitieke doelen en de Tsjetsjenen hebben daarbinnen legendarische status verworven.
Ondanks pogingen van de regering Obama en de officiële media om de gebroeders Tsarnaev te labelen als misnoegde, ‘zelf-radicaliserende’ jihadisten, komen de 26 jaar oude Tamerlan en de 19-jarige Dzjochar, die er ogenschijnlijk ‘gewoon bij was’, eerder over als uitvoerders dan operationele planners. Als we terugkeren naar de plaats van de aanslag merken we andere figuren op buiten de jonge Tsjetsjenen, waarvoor geen verantwoording is afgelegd. Een Saoedische student die bij de ontploffing gewond raakte werd onderzocht en niet voor medeplichtig gehouden, er zijn echter vragen gerezen over zijn achtergrond en zijn verblijfsstatus in de VS. En wie waren eigenlijk de talrijke private beveiligers die er uit zagen als voormalige speciale eenheidsleden, en met welk doel waren zij bij de marathon? En wie was de agent in burger, die vaag te zien is op de vrijgegeven beveiligingsbeelden en in zijn oortje praat vlak nadat Tamerlan en Dzjochar hem gepasseerd hebben, terwijl ze, naar we aannemen, op weg waren naar de bomaanslag?
De zaken worden nog vreemder als we in ogenschouw nemen wat er bekend is over de banden van de Tsarnaevs met de onderwereld van spionage en terrorisme. Tamerlan was recent twee maal afgereisd naar de republieken Dagestan en Tsjetsjenië voor een verblijf van zes maanden, wat de vraag opwerpt in welke mate hij betrokken was bij de locale salafistische jamaats. De mate waarin de broers banden onderhielden met terroristen blijft enigszins troebel, maar het is in ieder geval reeds duidelijk dat Amerikaanse inlichtingendiensten precies op de hoogte waren van wie zij waren.[v]
Het is inmiddels ook vast komen te staan dat Tamerlans dossier van contact met de FBI tenminste twee jaar terug gaat en getekend wordt door een verzoek tot onderzoek van de Russische geheime dienst FSB in 2011. Uitgelekte documenten van de Georgische inlichtingendienst zouden er op wijzen dat Tamerlan zich inschreef als deelnemer aan een, door de Jamestown Foundation gefinancierde, workshop van de Caucasus Foundation. Ruslan ‘Tsarni’, de oom van de gebroeders Tsarnaev, tenslotte, is een aan Duke opgeleide olie-advocaat, die in de jaren ’90 getrouwd was met een dochter van Graham Fuller, een voormalig CIA-officier in het Midden-Oosten.[vi] Het echtpaar woonde in Bishkek, Kyrgizië, toen Samantha Fuller in dienst was bij Price Waterhouse Cooper en Tsarni bij USAID. Ruslan registreerde ook het Congress of Chechen International Organizations vanuit het huis van zijn toenmalige schoonvader in Maryland. Doorlopen mensen, er is hier niets te zien!
Wanneer we de slachtoffers van de aanslag in Boston gedenken, laten we dan ook bedenken dat vandaag de dag christenen, alawieten en druzen in Syrië vervolgd en vermoord worden door een door de CIA gesteunde jihadistische internationale, de vrijheidsstrijders die Tamerlan en Dzjochar Tsarnaev zo verafgoodden. Onze beleidselites exporteren chaos en terreur naar het buitenland en nodigen het vervolgens weer terug in vast vertrouwen dat de geneugten van reality televisie, rapmuziek en kijksport zelfs de meest onverzoenlijke en onderling vijandige volken kunnen verenigen. Vanuit hun cultuur, waarin de wolf vereerd wordt, verscheuren Tsjetsjenen dergelijke doorzichtige waanideeën. Het pluralistische experiment om de mensheid te verenigen in ‘the pursuit of happiness’ heeft gefaald, en daarmee de Pax Americana.
Mark Hackard studeerde Russisch aan de universiteiten van Georgetown en Stanford
__________
[i] De Georgische president Micheil Saakasjvili heeft, naar het schijnt, ook met de Tsjetsjenen gerotzooid. Hij liet naar verluidt een compagnie Tsjetsjeens rebellen trainen voor gevechtsactie in de Noord-Kaukasus in 2012, maar dat pakte verkeerd uit. Tijdens de oorlog met Rusland in 2008 was het gerucht van de aanwezigheid van een Tsjetsjeens bataljon in een bepaald gebied genoeg om Georgische militairen op de vlucht te doen slaan.
[ii] Lermontov:
И дики тех ущелий племена,
Им бог — свобода, их закон — война,
Они растут среди разбоев тайных,
Жестоких дел и дел необычайных;
Там в колыбели песни матерей
Пугают русским именем детей;
Там поразить врага не преступленье;
Верна там дружба, но вернее мщенье;
Там за добро — добро, и кровь — за кровь,
И ненависть безмерна, как любовь.
And wild are the tribes of those gorges,
Their god freedom, their law war,
They grow up among secret banditry,
Affairs cruel and unusual,
There in the crib the mothers’ songs
Frighten the children with the Russian name;
There to strike down the enemy is no crime;
Faithful is friendship, but even more so vengeance;
There good for good and blood for blood,
And hate is measureless, just as love.
[iii] Het geval wil dat ik in Moskou was tijdens de bezetting van het Nord Ost theater in oktober 2002. De algemene stemming onder de Russen was er een van grimmig vooruitzicht; een voormalig luchtmobiel officier die gediend had in Tsjetsjenië zei me dat er geen schone oplossing voor de crisis was. Ik herinner me ook scherp dat door een nieuwslezer van CNN International naar de 40 goed uitgeruste, tot zelfmoord bereid zijnde Tsjetsjenen, die 900 burgers gegijzeld hielden en het complex hadden voorzien van bommen, werd verwezen als ‘activisten’.
[iv] De wortels van Osama bin Ladens Al Qaida liggen in een geheim actieprogramma van de VS om de Sovjets uit Afghanistan te verdrijven. Zie bijvoorbeeld dit eerlijke interview met Brzezinski.
[v] De meeste terroristische samenzweringen waarvan de FBI stelt dat het die voorkomen heeft waren eigenlijk geïnspireerd en tot aan de uitvoeringsfase gebracht door vertrouwelijke informanten en geheime agenten.
[vi] Graham Fuller is door FBI klokkenluider Sibel Edmonds ook geïdentificeerd als een belangrijke speler in Amerikaanse steun voor anti-Russische islamitische politieke bewegingen in Centraal-Azië en de Kaukasus.