Toekomst voor Israël

door | 14 mei 2012

Een oplossing voor het Palestijns-Israëlisch conflict komt alleen dichterbij, wanneer de Palestijnse leiders eerst bewijzen dat ze serieus vrede met Israël willen. Nu spreken ze vaak met dubbele tong. Richting de internationale media in de Engelse taal over vrede. Maar richting de eigen bevolking in het Arabisch over opstand en verzet. Vredesbesprekingen hebben dan geen enkele zin. Dat stellen de SGP-jongeren en het Wetenschappelijk Instituut voor de SGP in hun gezamenlijke publicatie ‘Toekomst voor Israël. Zicht op het conflict tussen Palestijnen en Joden’.

SGP-jongeren en WI-SGP benadrukken dat Westerse – en andere – politici onverstandig bezig zijn als zij steun geven aan het eenzijdig uitroepen van een Palestijnse staat. De SGP vindt dat rechtstreekse onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen de enige manier zijn om te komen tot een duurzame oplossing van het slepende Israëlisch-Palestijnse conflict.

Meer (economische) samenwerking van onderop nodig
Een twee-statenoplossing kan niet van buitenaf opgedrongen worden. Het is belangrijk dat er door een beweging van onderop meer uitzicht komt op een betere onderlinge verstandhouding. Economische en humanitaire samenwerking tussen Joden en Palestijnen dragen daaraan bij. Daarom moet er een eind komen aan de Palestijnse boycot van Israël. Concreet betekent dit: afschaffing van het verbod om handel met Joden te drijven en afschaffing van het verbod om voor Joden te werken. De internationale gemeenschap moet haar financiële steun aan de Palestijnen verbinden aan de voorwaarde dat de Palestijnse Autoriteit de economische samenwerking tussen Arabieren en Joden niet langer frustreert of boycot, zo stelt de SGP-nota ‘Toekomst voor Israël’.

Terrorisme niet stimuleren, maar effectief bestrijden
Een andere essentiële voorwaarde is dat de Palestijnse Autoriteit terroristische activiteiten niet stimuleert, maar effectief bestrijdt. Ze moet stoppen met het geven van riante salarissen aan Palestijnen die in Israëlische gevangenissen zitten wegens terroristische aanslagen. Terroristen mogen niet langer als helden worden vereerd. Dus geen straten en pleinen vernoemen naar zelfmoordterroristen en de nabestaanden van terroristen niet meer belonen.

Internationale financiële steun aan Palestijnen astronomisch hoog
De Palestijnen ontvangen exorbitant veel financiële steun, zo’n 1,5 miljard dollar per jaar – circa éénderde van hun BBP. De SGP bepleit dat, zolang de Palestijnse Autoriteit geen concrete en effectieve maatregelen tegen terroristische activiteiten neemt, de Nederlandse regering alsook de Europese Unie hun subsidies aan de Palestijnen opschorten. Verder moet het internationale toezicht op de besteding van de gelden substantieel worden verbeterd. Ook mag er geen (indirecte) financiële steun worden gegeven aan terroristische organisaties, zoals Hamas. Dat het Palestijnse volk nauwelijks profiteert van de omvangrijke internationale subsidiestroom, is eerst en vooral te wijten aan de Palestijnse leiders.

Westbank: geen bezet, maar betwist gebied
Israël heeft het recht zijn burgers te beschermen tegen terroristische aanslagen van Palestijnen. De bouw van de zogenoemde veiligheidsbarrière is daarom gerechtvaardigd, zo stelt de SGP. Van een onrechtmatige bezetting van de Westelijke Jordaanoever is geen sprake. Israël heeft immers recht op veilige en erkende grenzen. Deze grenzen dienen in een vredesakkoord met de Palestijnen te worden vastgesteld. Zolang daarvan geen sprake is, gaat het niet om bezette, maar om betwiste gebieden. Joden hebben legitieme aanspraken om op de Westbank te wonen. De rechten die het Joodse volk door het Palestina-mandaat (bij besluit Volkenbond in 1922) heeft verkregen, dienen namelijk nog steeds te worden gerespecteerd. Daarbij komt dat het niet wenselijk is om Joden het recht te ontzeggen zich te vestigen in het hart van het Bijbelse Israël.

Israël apartheidsstaat?
Arabische minderheden hebben in Israël meer rechten en vrijheden dan (christelijke) minderheden in Arabische staten. Dat Israël een Joodse staat is, heeft niets met racisme of discriminatie te maken. Israël heeft het recht om de Joodse identiteit veilig te stellen. Het VN-delingsplan van 1947 beoogde immers nadrukkelijk een Joodse en een Palestijnse staat mogelijk te maken. De Palestijnen dienen daarom Israël te erkennen als Joodse staat. Het gegeven dat zij geen enkele Jood in Palestina dulden, en tegelijk Israel betichten van discriminatie en apartheidspolitiek is de wereld op z’n kop. De SGP adviseert westerse media en journalisten om veel waakzamer te zijn voor deze ‘cognitieve’ oorlogsvoering.

Bestelinformatie – De nota ‘Toekomst voor Israël. Zicht op het conflict tussen Palestijnen en Joden’ (ISBN 97890-78323-18-1) telt 124 pagina’s, kost € 12,50 (excl. verzendkosten) en is te bestellen via e-mail wi@sgp.nl of via telefoon