De opstand in Syrië is de afgelopen twee jaar uitgemond in een sektarische burgeroorlog waar de internationale politiek geen antwoord op lijkt te hebben. Waar andere landen actief zoeken naar overleg, of één van de partijen daadwerkelijk steunt, is de afwezige in het debat de Hoge Vertegenwoordiger van de Europese Unie, barones Catherine Ashton. Dat doet de vraag rijzen of een gemeenschappelijk Europees buitenlandbeleid op alle onderdelen haalbaar is. Wat is de echte toegevoegde waarde van deze functie van de Hoge Vertegenwoordiger en de Europese Dienst van Extern Optreden (EDEO)?
Dubbele pet Ashton
De functie van de Hoge Vertegenwoordiger is geregeld in het Verdrag van Lissabon in 2009. Tot de taken behoren leiding geven aan de instrumenten van het buitenlands beleid, dus onder andere de diplomatieke dienst van de EU, de EDEO. Maar wat deze functie bemoeilijkt, is dat de vertegenwoordiger een functie in de Europese Raad combineert met een functie in de Europese Commissie. Mevrouw Ashton heeft dus een dubbele pet op. De verhoudingen tussen de Europese instellingen vertroebelt op deze manier. Want namens wie spreekt Ashton? Namens de lidstaten of namens de Europese Commissie? De vertegenwoordiger mag uitsluitend op punten waar consensus heerst namens alle lidstaten optreden, een verzwarende factor dus. Want dit zal in de praktijk vooral onderwerpen betreffen die letterlijk of figuurlijk ver van Europa afstaan. De Eurofractie van de ChristenUnie heeft zich altijd uitgesproken tegen dit gevaar van de twee, mogelijk tegenstrijdige, functies die Ashton vertegenwoordigt.
Toegevoegde waarde Hoge Vertegenwoordiger beperkt
We zagen al eerder dat de rol van Ashton in de internationale politiek beperkt is. Zowel de escalatie in Mali en de situatie in Libië lieten zien dat Europa geen collectieve vuist kan maken, maar individuele lidstaten het initiatief naar zich toetrekken. Maar nu ook in Syrië, een conflict dat na twee jaar al meer dan 93.000 mensen het leven heeft gekost, is Ashton opnieuw onzichtbaar. Dit zorgt er voor dat de geloofwaardigheid van de Europese Unie in het buitenlandse beleid aan betekenis inboet. Met Syrië had de Europese Unie bijvoorbeeld een belangrijk verschil kunnen maken in de organisatie van de conferentie in Genève die mogelijk aanstaande is. Die bijeenkomst, waar zowel de oppositie als vertegenwoordigers van het regime aanwezig zijn, kan een van de laatste mogelijkheden zijn om een echte oplossing van het conflict te vinden. De Europese Unie had een rol kunnen spelen omdat het zich onderscheidt van andere machtsblokken en zowel met de oppositie als het regime zou kunnen overleggen. In tegenstelling tot met name Rusland en de Verenigde Staten. De tijd slinkt echter, en we hebben 27 mei jl. al het einde van het wapenembargo voor de Syrische oppositie gezien.
De kans voor Europa om deze onderhandelingen te leiden is gemist en toont dat bij de echt grote internationale onderwerpen en conflicten het de grootmachten als de Verenigde Staten, Rusland, maar ook Groot-Brittannië en Frankrijk, zijn, die de dienst uitmaken. De EDEO blijft ook afhankelijk voor informatie en inlichtingen van de nationale lidstaten. Primair Frankrijk en Engeland. Dit zijn echter ook de landen die de grootste voorstanders waren van het beëindigen van het wapenembargo in Syrië. Dat maakt de Hoge Vertegenwoordiger erg kwetsbaar.
EDEO terug naar kerntaken
De rol van de Hoge Vertegenwoordiger en de EDEO moet worden heroverwogen. De toegevoegde waarde van de EDEO is beperkt aangezien op belangrijke internationale vraagstukken er geen EU-consensus te bereiken is. Dat betekent dus ook dat de dienst kan worden afgeslankt. Om zich te concentreren op taken en aandachtsvelden waar de Europese landen het met elkaar eens zijn en waarvoor geen bevoegdheden op militair en inlichtingengebied naar Brussel hoeft te worden overgeheveld. Dit zijn taken zoals het ondersteunen bij en coördineren van concrete missies bijvoorbeeld bij de bestrijding van piraterij voor de kust van Somalië. Adequate hulp aan vluchtelingen uit Syrië kan ook zo´n missie zijn. En focus op heel concrete onderwerpen als opkomen voor vrijheid van godsdienst en steunverlening bij de opbouw van jonge democratieën als Birma. Door zo’n aanpak wint de EDEO aan geloofwaardigheid. Geloofwaardigheid die Barones Ashton helaas vooral met het Syrische conflict heeft verloren.