Enkele weken geleden, op de Nederlandse ambassade in Tbilisi, Georgië vond een gesprek plaats tussen een medewerker van de ambassade, een medewerker van de universiteit in Tbilisi en een vertegenwoordiger van een Nederlandse universiteit.
Het volgende voorstel werd geopperd. In Georgië is er de noodzaak voor begeleiding voor kinderen met handicaps. De universiteit van Tbilisi heeft een plan uitgewerkt waarbij een school met dagopvang wordt gebouwd voor kinderen met allerlei soort van handicap. Hierdoor kunnen honderden kinderen geholpen worden in hun dagelijks leven. Geld om de school te bouwen is er, geregeld door Noorwegen en Japan. Het enige wat nog ontbreekt is het ontwerp zelf. Er is nog een beperkt geldbedrag nodig om het ontwerp te maken.
Helaas, de Nederlandse ambassade heeft wel geld, maar niet voor een dergelijk initiatief. De aanwezige fondsen zijn gelabeld en bestemd voor `sexuele minderheden´.
Zomaar een voorbeeld. Maar wel een die het seculiere gezicht van Nederland in Europa laat zien. In dit artikel bekijken we een aantal recente gebeurtenissen in dit licht.
Meer dan een belangengemeenschap
De Europese Unie vindt zijn oorsprong in de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS), die in 1952 gevormd werd door zes landen (België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland). Deze gemeenschap was bedoeld om samen te werken op het gebied van zware industrie, noodzakelijk om elkaars productie van wapentuig te controleren. In 1958 kwamen de Europese Economie Gemeenschap (EEG) en de Europese Atoom Gemeeschap (Euratom) tot stand. De laatste om het vreedzaam gebruik van atoomenergie voor vreedzame doeleinden in Europa te bewerkstelligen. De EEG bevorderde de onderlinge samenhang op het vlak van onderlinge handel. In 1993 werd bij het verdrag van Maastricht de Europese Unie zoals we die nu kennen een feit. Inmiddels heeft de Europese Unie 27 lidstaten.
Vormt het gedeelde belang van vrede, handel en economie de enige gemeenschappelijke grond voor een hechte samenwerking van Europese lidstaten? Nee. Om een andere gezamenlijke bron op het spoor te komen gaan we verder terug in de tijd.
Christelijke wortels
Dit jaar is het 1700 jaar geleden dat in Edict van Milaan[1] werd uitgevaardigd in het Romeinse Rijk door Licinius en Constantijn de Grote. Vanaf toen waren burgers vrij hun godsdienst openlijk uit te oefenen. We mogen zeggen dat vanaf toen het christendom groeide in Europa en de cultuur mede gevormd heeft. De landen in Europa hebben een christelijke geschiedenis met daarbij behorende culturen en tradities.
In de afgelopen 1700 jaar is vanzelfsprekend veel gebeurd en veranderd. Was in het jaar 1000 de theologie nog absoluut de koningin der wetenschappen, aan het einde van de middeleeuwen was dat de natuurkunde. De rede had het geloof verdreven van de universiteiten. Deze overwinning van de rede werd met de Verlichting bezegeld.
Anno 2013 hebben we te maken met een ander Europa, een werelddeel met een nieuw gezicht, een nieuwe orde. De landen in Oost-Europa herleven na het communisme. Het christendom groeit daar terwijl het in West-Europa tanende is.
Seculiere propaganda
Golden vroeger de christelijke waarden in West-Europa, inmiddels zijn ze vervangen door humanistische en libertijnse waarden. Dit wordt met name verspreid door de instellingen van de Europese Unie. De Europese Unie is een instituut geworden die de soevereiniteit van de natiestaten overstijgt, terwijl het verdrag officieel stelt dat EU de soevereiniteit en identiteit van de lidstaten respecteert.
De bevordering van humanistische en libertijnse waarden zien we vooral terug bij de omgang met toetredingseisen voor nieuwe lidstaten. Een land dat wil toetreden tot de Europese Unie heeft officieel te maken met de criteria van Kopenhagen. Deze criteria bevatten een aantal voorwaarden waaraan een land moet voldoen wil het kunnen toetreden tot de Europese Unie. Deze voorwaarden zijn vastgelegd door de Europese Raad in 1993 in Kopenhagen. Volgens deze voorwaarden moet een land dat wil toetreden tot de Europese Unie o.a. de mensenrechten respecteren, democratische principes in de praktijk brengen en een goed functionerende markteconomie hebben. Buiten het gegeven dat de mensenrechten universeel worden benoemd, gaan de Kopenhagen-criteria niet in op ethische kwesties. Toch worden deze criteria in de praktijk gebruikt als een kapstok om humanistische c.q. libertijnse waarden te introduceren en aan landen aanvullende eisen te stellen voor toetreding. Moldavië kreeg bijvoorbeeld te maken met Europese druk om abortus en euthanasie te legaliseren, omdat toetredingsgesprekken anders geen zin hadden.
Niet alleen het de instellingen van de propageren deze seculiere waarden, diverse lidstaten waaronder Nederland doen dat ook. In het vervolg van dit artikel gaan we in op een aantal voorbeelden uit de praktijk waarin deze seculiere zendingsijver in Europa tot uitdrukking komt:
– Het Pink Embassy initiatief en de Nederlandse ambassade in Albanië
– De kwestie Rocco Buttiglione en Tonio Borg
– De reacties op anti-homohuwelijk demonstraties in Parijs
PINK Embassy
PINK Embassy is een initiatief dat opkomt voor homorechten in Albanië en wordt mede gesubsidieerd door Nederlandse MATRA-programma en COC-Nederland. Regelmatig schuift de Nederlanse ambassadeur, De la Beij aan bij rondetafelgesprekken.[2]
Nu zijn er ongetwijfeld Albanezen die hierop zitten te wachten. Er is immers aandacht en geld voor een bepaalde minderheid. Echter veel Albanezen zien dit initiatief als een grove belediging aan het adres van Albanië. Wie denken de Nederlanders wel dat ze zijn, en waar bemoeit die ambassade zich eigenlijk mee?
Dit en het voorbeeld waar dit artikel mee begon, duiden erop dat het secularisme bepaald niet neutraal is, maar traditionele, christelijke waarden wil vervangen door wat men ‘moderne waarden’ vindt. Genoemd is al het voorbeeld waarbij alleen geld beschikbaar is voor ´sexuele minderheden´ in een land als Georgië waar christelijke waarden hoog in het vaandel staan. In die traditionele maatschappelijke context zullen secularisten in 2013 wel even vertellen dat het allemaal anders moet. Blind als men is voor voor het levensbeschouwelijk karakter van het eigen streven, schoffeert men zonder meer de lokale samenleving en hun tradities. En dat in naam van ‘Democratiebevordering’. Je gaat je afvragen van wie ze dit kunstje hebben afgekeken…
Rocco Buttiglione en Tonio Borg
In 2004 zou de Italiaan Rocco Buttiglione aantreden als eurocommissaris voor Justitie, Vrijheid en Veiligheid. Echter, hij werd weggestemd door liberale en socialistische groeperingen in het Europees parlement, met als reden dat hij als christen niet kan instemmen met de seculiere visie op homoseksualiteit. Hoewel Buttiglione aan de leden van het Europees Parlement helder uiteenzette dat hij zijn privémening keurig gescheiden zou houden van de uitvoering van de taken waarvoor hij als eurocommissaris verantwoordelijk is, werd hij toch weggestemd. Men pruimde zo’n conservatieve christen gewoonweg niet. Feitelijk was zijn levensbeschouwing de reden om af te zien van een aanstelling.
De casus Tonio Borg is van recenter datum. Hij volgde vorig jaar John Dalli op als eurocommissaris voor Gezondheid. Borg is orthodox katholiek en burger van Malta. Ook Tonio Borg werd bevraagd over zijn standpunten rondom abortus en het homohuwelijk. Ook nu weer kwam de meeste kritiek uit de liberale en socialistische kampen van het Europees Parlement. Uiteindelijk werd hij toch gekozen met een minimale benodigde meerderheid van stemmen.
Uit het voorgaande blijkt duidelijk dat het een orthodox christen bijzonder moeilijk wordt gemaakt om eurocommissaris te worden. De discussie gaat niet over de capaciteiten van de kandidaat, maar over levensbeschouwelijke zaken die vaak niets of slechts zijdelings te maken hebben met de functie. Daarnaast is het zo dat de Europese Unie zich niet mag inlaten met ethische kwesties van lidstaten. Op dit punt lopen wetten en regelgeving in de lidstaten uiteen. Het is volgens het verdrag niet toegestaan dat er vanuit de Europese Unie pressie wordt uitgevoerd op lidstaten om hun wetgeving op dit punt aan te passen.
Demonstraties in Parijs
Eind maart 2013 gingen meer dan een miljoen vreedzame betogers de straten van Parijs op om te protesteren tegen de invoering van het homohuwelijk. Schattingen naar aantallen liepen in de media nogal uiteen. Van honderdduizenden tot 1,4 miljoen.
Volgens de politie was er sprake van overtredingen door de betogers en daarom zette zij traangas in. Zelfs kinderen werden hier het slachtoffer van.
Men durfde zelfs zover te gaan dat organisaties die betrokken waren bij de organisatie van deze betoging, getypeerd moesten worden als staatsgevaarlijk, extra in de gaten moesten worden gehouden en mogelijk zelfs verbieden.
Wat in Frankrijk is gebeurd is demonstratief voor de toenemende intolerantie van het secularisme in Europa. We zien regelrecht de aanval geopend worden op christelijke organisaties die pleiten voor het traditionele gezin en daarmee tegen een mening van de dominante meerderheid ingaan. Blijkbaar raakten de protesterende mannen, vrouwen en kinderen – vaak ook jonge gezinnen! – een gevoelige snaar bij hun seculiere opponenten. Aan de andere kant moeten we bedenken dat er in Parijs meer dan een miljoen mensen op de been waren om christelijke waarden publiekelijk te verdedigen, daar kunnen we in Nederland nog wat van leren.
Geen enkele levensbeschouwing is neutraal
De christelijke overtuiging is niet neutraal, de niet-religieuze liberalen of atheïsten zijn beslist ook niet neutraal. Iedere overtuiging heeft levensbeschouwelijke of filosofische uitgangspunten. De christelijke heeft dat, de atheïstische of humanistische hebben dat niet minder. Het vertrekpunt bijvoorbeeld dat er geen waarheid bestaat of dat alle godsdiensten even waar of even onwaar zijn, is net zo goed vooringenomen als een religieus vertrekpunt. In filosofische zin gaat het bij geloven en bij niet-geloven om dezelfde handeling, slechts de oriëntatie of het object van de gelovige of ongelovige verschilt. Een mens kan de ene kant opgaan en zich in de richting van God bewegen, of zich van Hem vandaan bewegen en de andere kant opgaan. Tegenover God staat geen macht of mens neutraal.
Verder geldt de overweging dat de meerderheid niet altijd gelijk heeft. Soms is een mening zo dominant in een samenleving dat men bij voorbaat degenen die een andere opvatting erop nahouden als achterlijk bestempelt. In een democratie telt elke stem, anders ontaardt zij in een dictatuur van de meerderheid. Daarom is het belangrijk dat christenen vandaag de dag de moed opbrengen om een afwijkende mening naar voren te brengen.
En het is goed om christen-jongeren vaardigheden aan te leren hoe zij hun visie of mening naar voren kunnen brengen, zodat ze zich niet bij het eerste het beste tegenargument uit het veld laten slaan. Op deze manier kunnen we de zwijgzaamheid van christenen doorbreken. Dat hoeft niet alleen in het publieke debat te gebeuren, juist op de werkplek en in het alledaagse leven, bij de bakker of de kapper, is het goed om een andere visie te laten horen.
Zwijgzaamheid doorbreken
Christenen willen niet graag provoceren en zijn daarom mogelijk te zwijgzaam. Ze laten zich misschien ook te makkelijk uit het veld slaan met ondeugdelijke argumenten van anderen. Maar als we zelf wegduiken, geven we libertijnen en atheïsten volop de ruimte. Het liberale verhaal mag dan populair zijn, het is ook vrij kortzichtig. Men zet oude, diep verankerde waarden overboord voor nieuwe, soms zeer vluchtige opvattingen. Gisteren werd het homohuwelijk legaal, nu spreekt men over polygamie, wordt straks pedofilie ook normaal? Europa is door moderniteit en secularisme op drift geraakt. We moeten daarom onze zwijgzaamheid doorbreken. De samenleving mag best meer aan de weet komen waar christenen voor staan.
[1] Engelse vertaling van het Edict van Milaan: http://www.fordham.edu/halsall/source/edict-milan.html
[2] http://albanie.nlambassade.org/nieuws/2013/mei/ambassadeur-de-la-beij-bezoekt-ronde-tafel-%E2%80%9Calbanie-tegen-homofobie%E2%80%9D.html
Zicht
Dit artikel verscheen in Zicht 2013-2: Christenvervolging wereldwijd.
Wereldwijd worden er vandaag de dag zo’n 100 miljoen christenen verdrukt en vervolgd omwille van hun geloof. Christenen in politiek en samenleving mogen niet zwijgen over het kwaad en onrecht dat medebroeders en –zusters in andere landen op deze wereld wordt aangedaan.
Vanaf 2012 heeft Novini een eigen rubriek in het tijdschrift Zicht onder de naam Worldview. Zicht is een kwartaaluitgave van het Wetenschappelijk Instituut van de SGP. Meer info over Zicht vindt u hier.