Uit Rusland klinkt kritiek op de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE). De Russische topdiplomaat Andrej Kelin verklaarde aan de vooravond van een bijeenkomst van de OVSE-ministerraad in Wenen, dat de OVSE en haar deelorganisaties eenzijdig werken, vooral de verhoudingen in het voormalige Oostblok bekritiseren en de ogen sluiten voor misstanden in het Westen. Kelin sprak van “deformaties” in de werkzaamheden van de OVSE, die door een hervorming verholpen zouden moeten worden.
Rusland is vooral verontrust over de manier waarop bepaalde deelorganisaties van de OVSE te werk gaan, stelde Kelin en noemde daarbij het Bureau voor Democratische Instituties en Mensenrechten (ODIHR), de Vertegenwoordiger voor Vrijheid van de Media alsmede de Hoge Commissaris voor Nationale Minderheden. “Ze concentreren zich in hun werkzaamheden hoofdzakelijk op landen ten oosten van Wenen.”
Kelin, die hoofd van de afdeling voor pan-Europese samenwerking van het Russische Ministerie van Buitenlandse Zaken is en van 2011 tot 2015 zelf ambassadeur bij de OVSE in Wenen was, noemt het bijvoorbeeld onbegrijpelijk dat ODIHR 300 tot 400 waarnemers naar verkiezingen in post-Sovjet-staten stuurt, maar naar grotere verkiezingen in de EU slechts vier tot vijf deskundigen.
De Vertegenwoordiger voor Vrijheid van de Media merkt volgens Kelin de onderdrukking van journalisten in sommige staten helemaal niet op, terwijl hij deze in andere staten met een vergrootglas zoekt en dan op overdreven wijze presenteert.
“Van de Hoge Commissaris voor Nationale Minderheden verwachten wij permanent meer aandacht voor de schending van de rechten van de Russisch-talige bevolking in de Baltische staten en in Oekraïne”, zo stelde de diplomaat verder.