Vanwege klimaatdoelstellingen heeft Duitsland op grote schaal windmolens neergezet. Nu op afzienbare termijn grote aantallen hiervan afgeschreven worden, zit men echter met de handen in het haar over de verwerking van het afval. Met name de rotorbladen zijn praktisch niet te recycleren.
Meer dan 20.000 windturbines draaien er tussen de Noordzee en de Alpen. Een aantal daarvan hebben hun voorgeschreven leeftijdsgrens bijna bereikt. Vanaf komend jaar wordt het een serieus probleem. Dan moet in Duitsland jaarlijks meer dan 15.000 ton vleugelmateriaal afgevoerd worden. De concepten daarvoor zijn de producenten grotendeels nog schuldig. Terwijl de beton en metaaldelen als de toren en de generator eenvoudig zijn, zijn de van kunststof gemaakte rotorbladen een echte uitdaging. Want deze bevatten gifstoffen.
[pullquote]”We stappen van de ene technologie af, omdat we niet weten wat we met het kernafval moeten, en we stappen over op een nieuwe technologie waarbij we ook niet weten wat we met het afval moeten”[/pullquote]
Ecologisch verantwoorde ontmanteling
De Frankfurter Allgemeine Zeitung berichtte onlangs dat het nog altijd ontbreekt aan gestandaardiseerde processen voor ecologisch verantwoorde ontmanteling. “We stappen van de ene technologie af, omdat we niet weten wat we met het kernafval moeten, en we stappen over op een nieuwe technologie waarbij we ook niet weten wat we met het afval moeten”, zo klaagt een woordvoerder van het recyclagebedrijf Remondis.
Het Bundesverband Windenergie (BWE) rekent ermee dat de demontage van windmolens vanaf 2021 duidelijk toe zal nemen. Want veel molens vallen vanaf dan een voor een buiten de door de staat gegarandeerde vergoeding in het kader van de hernieuwbare energiewetgeving, die een looptijd van 20 jaar heeft.
Gifstoffen
Remondis pleit voor een richtlijn die voorschrijft dat alleen recycleerbare grondstoffen gebruikt mogen worden. De industrie heeft hierop echter tot nog toe geen antwoord. Want de windvangers bestaan onder andere uit met glasvezel versterkte kunststof. Het storten van deze composiet is verboden en bij de conventionele afvalverbranding ontwikkelt de hars giftige gassen die omslachtig gefilterd moeten worden.
In de industrievereniging RDR Wind hebben zich recent meerdere bedrijven aaneengesloten om naar oplossingen te zoeken. Men heeft zich ten doel gesteld eerst bindende demontagestandaarden uit te werken, aldus Martin Westbomke, projectingenieur bij het Insitut für Integrierte Produktion Hannover en voorzitter van de vereniging tegenover de FAZ.
Windmolens op zee
Het dagblad maakt verder melding van bijzondere problemen bij de demontage van windmolens in de Noordzee. “Om het leven dat zich rond de molen gevormd heeft niet te benadelen is een veel omzichtiger optreden dan op land vereist. Materialen zoals olie mogen bijvoorbeeld in geen geval in het water terecht komen”, aldus Berthold Hahn van het Fraunhofer-Institut für Windenergiesysteme.
Branche wil ondanks alles grotere uitbouw
Ongeacht dit debat vraagt de offshore-windbranche de Duitse regering om hogere uitbouwdoelen voor windmolens in de Noordzee en Oostzee. Tot 2030 zou minstens 20 gigawatt op het net moeten komen, zo deelde de BWE mee. Dit zou nodig zijn om zoals gepland 65 procent van de stroom uit hernieuwbare energiebronnen te winnen. Tot nu toe wil de Duitse regering tot 2030 echter slechts 15 gigawatt aansluiten. Volgens de BWE is er nu net 6,4 gigawatt. In het achterliggende jaar kwam met 136 windmolens 1 gigawatt nieuw erbij. Rekenkundig komt een gigawatt overeen met de elektriciteitsproductie van een blok van een kerncentrale.