Ze zijn de Duitse regering een doorn in het oog, kleine politieke partijen. In federale en deelstaatverkiezingen in Duitsland worden deze tegen gegaan met een verhoogde kiesdrempel van vijf procent. Voorafgaand aan de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2014, werd deze drempel voor die verkiezingen echter door de rechter opgeheven.
De Duitse regering vatte vervolgens het plan op om door middel van een Europese afspraak met een omweg alsnog een kiesdrempel ingevoerd te krijgen, met omzeiling van de Duitse rechter en daarmee te voorkomen dat de splinterpartijtjes bij de verkiezingen in 2019 opnieuw vertegenwoordigd zijn in het Europees Parlement.
Inmiddels is het echter te laat om de plannen nog voor de verkiezingen voor het Europees Parlement in mei 2019 te realiseren, aangezien de Europese Unie de regel hanteert dat het kiesrecht in de twaalf maanden voorafgaand aan verkiezingen niet gewijzigd mag worden.
Partij | Ideologie | Aandeel |
Freie Wähler | burgerlijk | 1,46% |
Piratenpartei | gegevensbescherming | 1,45% |
Mensch Umwelt Tierschutz | dierenrechten | 1,25% |
Nationaldemokratische Partei Deutschlands | nationalistisch | 1,03% |
Familienpartei Deutschlands | gezinsbeleid | 0,69% |
Ökologisch Demokratische Partei | groen-conservatief | 0,64% |
Die PARTEI | satire | 0,63% |
Omdat het met 96 zetels een van de grootste delegaties in het Europees Parlement heeft, zou zelfs een relatief lage Europees afgesproken kiesdrempel voor Duitsland een wezenlijk verschil maken, terwijl het voor kleinere lidstaten, die sowieso al een hogere natuurlijke kiesdrempel hebben, minder verschil zou maken.
In de verkiezingen van 2014 kregen zeven vertegenwoordigers van kleine Duitse partijen een zetel in het Europees Parlement toebedeeld op grond van 0,63 à 1,46 procent van de stemmen. Er waren evengoed ook nog elf partijen die onder deze natuurlijke kiesdrempel eindigden.