Begin deze maand is de Libische eenheidsregering er na een belegering van zes maanden in geslaagd om de laatste IS-terroristen uit Sirte, dat eens hun bolwerk in Libië was, te verdrijven. Sirte was ook de geboorteplaats van de man die Libië lange tijd leidde, Moeammar al-Khadaffi, wiens bewind vijf jaar geleden door een westerse militaire interventie omvergeworpen werd. Een interventie die het land in de chaos gestort heeft die tot op de dag van vandaag voort bestaat.
Nadat de laatste IS-strijders na zes maanden weer hun weg naar de woestijn zochten waaruit ze ooit gekomen waren, zijn er echter direct weer andere conflicthaarden ontstaan, die het tussen twee regeringen en parlementen en talrijke milities omstreden land nog lang niet tot rust laten komen.
Aan de afmattende slag om Sirte namen ook de Amerikanen na enige jaren van afwezigheid weer met luchtaanvallen deel, ofschoon president Barack Obama onlangs toegaf dat de interventie in Libië de grootste fout van zijn ambtstermijn was.
De nieuwe sterke man in het oosten van Libië, Khalifa Haftar, gaf er de voorkeur aan zich buiten de slag om Sirte te houden. Hij heeft in dezelfde periode geprobeerd geheel Benghazi onder zijn controle te brengen, evenals de centrale oliehaven rond Ras Lanoef in het midden van het land, dat de belangrijkste inkomstenbron van het land is.
Anders dan de eenheidsregering in Tripoli verwacht Haftar het niet meer van de hulp van het Westen, maar van Moskou. Een stad die Haftar, die generaal was onder Khadaffi, nog goed kent van zijn militaire opleiding. Driemaal heeft hij in het laatste halfjaar Rusland bezocht en met de minister van Defensie Sergej Shoigu en minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov gesproken. Zijn reizen naar Moskou mondden uit in een akkoord en militaire samenwerking op de grond. Volgens berichten van het nieuwsportaal Al-Araby Al-Jadeed is reeds een onbekend aantal Russische militaire experts in het oosten van Libië aangekomen. Egypte zou de contacten gestimuleerd hebben.
Rusland helpt de strijdkrachten van Haftar te reorganiseren, wapensystemen te moderniseren en lucht- en zeeverdedigingssystemen efficiënter te maken. Haftars regeringszetel is de stad Tobroek, die op slechts 100 kilometer van de Egyptische grens ligt. De militaire overeenkomsten tussen Tobroek en Rusland belopen zo’n vier miljard dollar. Het geld daarvoor hoopt Haftar te verkrijgen uit de sinds september weer binnenkomende inkomsten uit de olie van Ras Lanoef.
Haftar, die lang in de Verenigde Staten gewoond heeft, staat bekend om zijn ‘law and order’-standpunten. Na de gebeurtenissen die de afzetting en dood van Khadaffi tot gevolg hadden, keerde de krijgsgevangen genomen commandant uit de grensoorlog met Tsjaad (1978-1987) in 2011 uit zijn Amerikaanse ballingschap naar Libië terug en stelde zich aan de zijde van de seculiere krachten, die in de enige vrije verkiezingen als winnaar naar voren kwamen.
In mei 2014 startte Haftar de operatie ‘Libische waardigheid’, nadat de niet ontwapende islamistische milities een staatsgreep pleegden tegen de gekozen regering. Terwijl Haftar probeert om na de verdrijving van IS het gehele oosten van Libië, de historische regio Cyrenaica, onder zijn controle te brengen, zijn in de hoofdstad Tripoli weer niet gevechten losgebarsten tussen rivaliserende islamistische milities. Dat voorspelt weinig goeds, want Libië geldt in zekere zin als proeftuin voor Irak en Syrië, waar de offensieven tegen IS van jongere datum zijn.
Rusland is overigens niet het enige land dat Haftar ondersteunt, zo moest Frankrijk afgelopen zomer, na het verlies van een helikopter toegeven dat het ook via Tobroek probeert weer enige stabiliteit in Libië te brengen, na de val van Khadaffi waarin ook de Fransen een groot aandeel hadden. De Fransen hebben een internationale militaire basis nabij Benghazi, waar ook de Britten gebruik van maken.
Lees ook:
- Waarom moest Khadaffi eigenlijk weg?
- Vernietigend rapport over Britse interventie in Libië
- Uitgelekt NAVO-rapport: Libië bijna ‘failed state’
- Partij in Libische burgeroorlog dreigt duizenden migranten door te laten
- Europa heeft instabiliteit Noord-Afrika aan zichzelf te danken