Italië en Turkije houden Merkel in spanning

door | 3 augustus 2017

Veel Duitse politicologen hebben inmiddels gewezen op het concept van asymmetrische demobilisatie als een belangrijke bouwsteen in verkiezingsoverwinningen van CDU-leider Merkel tot nu toe.

Een bestanddeel van deze tactiek is het innemen van thema’s die mobiliserend werken op de kiezers van de concurrenten. Alternatieven als onmogelijk wegzetten is er ook onderdeel van. En over heikele thema’s zoveel mogelijk zwijgen. De bondskanselier is er lange tijd in geslaagd het thema van de massamigratie buiten de verkiezingscampagne te houden en dat past dan ook in dit concept.

Maar de campagnetactiek die voor de verkiezingen van 2009 en 2013 zo succesvol was, dreigt in de komende weken niet op te gaan. Uitgerekend het polariserende thema immigratie zou voor 24 september opnieuw het politieke debat en de berichtgeving kunnen gaan beheersen.

Steeds meer wijst er namelijk op dat de asielcrisis op korte termijn weer acuut wordt en een vergelijkbaar verloop krijgt als in 2015. Hoe explosief de problematiek is, heeft de kanselier in het afgelopen jaar ervaren, toen haar steun in de peilingen instortte. Merkel slaagde er vervolgens met uitspraken als “Een situatie als die in de late zomer van 2015 kan, mag en zal zich niet herhalen” in om de stemming bij een deel van de bevolking weer bij te draaien.

Maar nu moet ze vrezen voor de ontwikkelingen in Italië en Turkije. De Italiaanse premier Paolo Gentiloni waarschuwt reeds weken dat zijn land met sterk stijgende aantallen immigranten kampt en de opnamecapaciteit van zijn land in gevaar komt. Ook de afhankelijkheid van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan ten gevolge van het zogenaamde vluchtelingenakkoord zou de bondskanselier fataal kunnen worden. Zowel de regering in Rome als die in Ankara hebben het in de hand om de migratiestroom richting Duitsland op enig moment weer in gang te zetten.

Alleen de macht van de gebeurtenissen zou dan de campagnetactiek van de asymmetrische demobilisatie al onderuithalen en voor een mobilisatie van kiezers zorgen. Gezien de staat van de concurrentie zou het zou haar denkbaar niet eens het kanselierschap kosten, maar wel een slechtere verkiezingsuitslag opleveren.