Met zijn verklaring afgelopen vrijdag, dat de kerndeal met Iran niet in het Amerikaanse nationale belang zou zijn, heeft president Donald Trump de Verenigde Staten mogelijk op de weg naar oorlog met Iran gezet.
Het is in ieder geval gemakkelijker om te voorzien welke botsingen er aan zitten te komen dan hoe we weer van deze weg af komen voor het schieten begint. Na het ‘decertificeren’ van het nucleaire akkoord, destijds getekend door alle vijf permanente leden van de VN Veiligheidsraad, gaf Trump het Congres 60 dagen de tijd om de sancties opnieuw op te leggen die het ophief toen Teheran het akkoord ondertekende. Als het Congres die sancties niet opnieuw oplegt en het akkoord de nek omdraait, dreigt Trump dat zelf te doen.
Waarom? Heeft Iran de bepalingen van het akkoord geschonden? Vrijwel niemand stelt dat – niet de nucleaire inspecteurs van de VN, noch de NAVO-bondgenoten, noch zelfs Trumps eigen nationale veiligheidsteam.
Iran heeft al zijn 20 procent verrijkt uranium het land uit verscheept, de meeste van zijn centrifuges uitgeschakeld en verstorende inspecties van alle nucleaire faciliteiten toegestaan. Zelfs voor het akkoord zeiden 17 Amerikaanse inlichtingendiensten al dat ze geen bewijs konden vinden voor een Iraans kernwapenprogramma. Als Iran een bom gewild had, had Iran allang een bom gehad.
Het blijft echter een staat zonder kernwapens om een eenvoudige reden: De vitale nationale belangen van Iran schrijven dat voor. Als de grootste sjiitische natie, met 80 miljoen mensen, onder de meest ontwikkelde in het Midden-Oosten, is Iran voorbestemd om de dominante macht aan de Perzische Golf te worden. Maar op één voorwaarde: Dat het de grote oorlog met de Verenigde Staten weet te vermijden die Saddam Hoessein niet wist te vermijden.
Iran heeft ieder kernwapenprogramma dat het had afgeblazen omdat het niet het lot van Irak wil delen, om aan stukken geslagen te worden tot Perzen, Azeri’s, Arabieren, Koerden en Beloetsjen, zoals Irak door de Amerikanen in soennieten, sjiieten, Turkmenen en Koerden uiteen werd geslagen.
Teheran wil geen oorlog met Amerika. Het zijn de oorlogspartij in Washington en haar Midden-Oosterse bondgenoten – Bibi Netanyahu en het Saoedische koningshuis – die er naar hongeren dat de VS zich ermee bemoeien en Iran de grond in slaan. En zo ontvouwt zich dan de strijd in het Congres over het al of niet de nek omdraaien van het akkoord met Iran als een cruciaal punt in het presidentschap van Trump.
Maar al eerder doemen er mogelijke botsingen met Iran op. In het oosten van Syrië, staan de door de VS ondersteunde en door de Koerden geleide Syrische Democratische Krachten (SDF) op het punt Raqqa te veroveren op ISIS. Maar ondertussen is het Syrische leger op weg om Deir Ezzor te gaan veroveren, de hoofdstad van de provincie waardoor de weg loopt die Bagdad met Damascus verbindt. De verovering van Deir Ezzor door Bashar al Assads leger zou er voor zorgen dat de weg van Bagdad naar Damascus en Hezbollah in Libanon open blijft. Als de VS echter van plan zijn om de SDF te gebruiken om het grensgebied zelf in handen te krijgen, dan kon dat wel eens lijden tot een openlijk gevecht met het Syrische leger, sjiitische milities, Iraanse troepen en misschien zelfs de Russen. Moeten we dat wel willen?
In Irak is het nationale leger bezig om de olierijke provincie Kirkoek en de gelijknamige hoofdstad daarvan veilig te stellen. De Koerden hadden Kirkoek ingenomen nadat het Iraakse leger vluchtte voor de invasie van ISIS. Waarom trekt een door de Amerikanen getraind Iraaks leger op tegen een door de Amerikanen getraind Koerdisch leger?
De Koerdische regionale overheid stuurt aan op secessie. Dit heeft alarmbellen doen afgaan in zowel Turkije en Iran als in Bagdad. Een onafhankelijk Koerdistan zou als een magneet kunnen werken op Koerden in die beide landen. Het Iraakse leger trekt Kirkoek binnen om te voorkomen dat het afgesneden wordt van Irak in een burgeroorlog of secessie door de Koerden.
Waar staat Iran in dit alles? In de oorlog tegen ISIS, waren ze de facto bondgenoten. Want ISIS is net als Al Qaida soennitisch en haat sjiieten even zeer als christenen. Maar als de VS van plan zijn de SDF te gebruiken om de Iraaks-Syrische grens onder hun controle te brengen, dan jagen ze daarmee Syrië, Iran, Hezbollah en Rusland tegen zich in het harnas. Zijn de VS bereid tot een dergelijke confrontatie?
Wij Amerikanen worden geconfronteerd met een aantal nieuwe realiteiten. De mensen die de toekomst van het Midden-Oosten gaan bepalen, zijn de mensen die daar wonen. En onder deze mensen zal de toekomst bepaald worden door hen die het meest bereid zijn om – nog jaren en in aanzienlijk aantallen – te vechten, bloeden en sterven om die toekomst te realiseren. Wij Amerikanen echter gaan niet nog een leger sturen om nog een land te bezetten, zoals we deden met Koeweit in 1991, Afghanistan in 2001 en Irak in 2003.
Bashar al Assad, zijn leger en luchtmacht, gesteund door Vladimir Poetins luchtmacht, de Islamitische Revolutionaire Garde van Iran en Hezbollah hebben de Syrische burgeroorlog gewonnen omdat ze meer bereid waren te vechten en te sterven om die te winnen. Zij hadden daar dan ook een veel groter belang bij dan wij Amerikanen. Wij wonen daar niet. Slechts weinig Amerikanen weten wat daar aan de hand is. Nog minder interesseert het.
Onze oude bondgenoten in het Midden-Oosten willen vanzelfsprekend dat wij hun 21e-eeuwse oorlogen uitvechten, zoals de Britten ons inschakelden om hun 20e eeuwse oorlogen te helpen uitvechten. Maar Donald Trump werd niet gekozen om dat te doen. Of dat dachten sommigen van ons toch.