Jl. zondag (7.6.2020) in het interviewprogramma Buitenhof, presenteerde talkshowhost Twan Huys het ‘racisme’ van Zwarte Piet als onderwerp van debat. Als democratisch groot gebracht Nederlander verwacht je dan een minstens 50/50 inbreng van voor- en tegenstanders (in de samenleving is de verhouding ongeveer 80/20 voor/tegen het behoud van Zwarte Piet). Twan – naar reputatie een vakman – volstond echter met 100% tegenstanders van Zwarte Piet en het panel gaf vrouw voor vrouw en man na man uiting aan haar politiek correcte afschuw. Van zo’n ‘debat’ wordt niemand wijzer. In zijn column “Racisme wordt nu wél gezien” (Leidsch Dagblad 8.6.2020) geeft Roy Hazenoot een toegift op die politiek correcte sermoenen van Buitenhof. In de media en bij de schrijvende pers is het politiek debat verdrongen door de preek van het politiek correcte gelijk: In de kerk bestaat God en in de media en voor de schrijvende pers is Zwarte Piet racisme. Van dit nieuwe dogmatisme geeft onze minister-president het goede voorbeeld.
Ik zou het hier kunnen hebben over de extreme laster die alle Sinterklaasvierders van de afgelopen anderhalve eeuw nu etiketteert als racisten. Ik zou de vraag kunnen stellen hoe in de naam van het gezond verstand zo’n onschuldige feestelijke verkleedpartij ook maar iemand zou kunnen benadelen en wat voor zieke geest je moet hebben om tussen zo’n kinderfeest en een racistische moord enig verband te willen construeren. Onze bestuurlijke elite lijkt losgeslagen van de ankers van haar fatsoen. Zijn opportuniteit en gewetenloosheid voortaan haar leidende beginselen?