Zowel in het Verenigd Koninkrijk als in Italië hebben eurofielen de mond vol van ‘democratie’. Tegelijk doen ze er alles aan om nieuwe verkiezingen te vermijden.
2019 was een bewogen politiek jaar voor de Europese Unie. Eerst en vooral waren er verkiezingen voor het Europees parlement, er zijn de aanslepende Brexit-onderhandelingen en ook hadden verschillende landen nationale verkiezingen. Daarnaast viel de regering in Italië, die van de dwarsligger Salvini, die de EU een hele tijd lang uitdaagde door zijn migratiebeleid en zijn aanpak van ngo’s.
In de grote meerderheid van die landen waren vooral de eurosceptische en identitaire partijen sterk in opmars. Ook in landen als het Verenigd Koninkrijk en Italië zelf. Laten we zeggen de twee grootste struikelblokken in West-Europa.
Italië en Salvini
Salvini doet het al enige tijd goed in de opiniepeilingen. In de verkiezingen voor het Europees Parlement won zijn partij Lega Nord overtuigend met zo’n 28 procentpunten winst. Hij valt dus duidelijk in de smaak bij veel Italianen. De verliezende partijen waren vooral de coalitiegenoot Vijfsterrenbeweging en de Partito Democratico. Die laatste ging zelfs 18 procentpunten achteruit sinds 2014. Ook in de opiniepeilingen nationaal doet Salvini het niet slecht.
Binnen zijn regering bleef het echter niet goed gaan, hij dacht dat zijn moment nu gekomen was om ook nationaal zijn populariteit te verzilveren en zijn onderhandelingspositie te versterken. Hij liet de regering vallen en hoopte zo snel nieuwe verkiezingen te organiseren.
PD en M5S gaan samen regeren om nederlaag af te wenden
Dit was echter buiten een monsterverbond tussen de Partito Democratico en de Movimento Cinque Stelle gerekend. Deze 2 gingen samen verder in een regering waardoor nieuwe verkiezingen werden afgewend. Dit zal vermoedelijk ook een aantal accenten verleggen qua beleid. De Vijfsterrenbeweging had niet echt een duidelijke lijn. Hoewel ze in hun beginperiode een sterk eurokritische lijn hadden, en zelfs met Nigel Farage in de EFDD-fractie zaten, zoeken ze nu aansluiting bij de eurofielen van de Groenen/EVA-fractie. Op vlak van migratie zijn ze ook minder streng dan hun voormalige coalitiegenoot. Aangezien ze zullen samenwerken met de sociaaldemocraten, zullen de accenten van de volgende regering vermoedelijk eerder links komen te liggen, dan rechts zoals bij Lega Nord.
Tot elkaar veroordeeld
Critici voorspellen dat deze regering een wankele regering zou zijn, omwille van de moeilijke budgettaire situatie van Italië en de dalende populariteit van de beide partijen. Maar laat dit laatste net een reden
zijn waarom beide partijen tot elkaar veroordeeld zullen blijven, ook als het slecht gaat. Want als deze regering snel zou vallen, zullen beide politieke partijen hun stemmen cadeau geven aan Salvini.
Geen van beide politieke partijen heeft dus een reden om naar verkiezingen te willen gaan. Als we de resultaten van de laatste Europese verkiezingen er naast leggen, lijkt een coalitie tussen hen bij voorbaat onmogelijk. Ze kunnen er dan van uitgaan dat Salvini een centrumrechtse coalitie zal vormen.
EU heeft baat bij nieuwe Italiaanse regering
Wat de budgetten van Italië betreft is het koffiedik kijken. Een nieuwe crisis op de financiële markten is onafwendbaar, maar kan evengoed pas over enkele jaren komen. Wat de EU, en de ECB, betreft
lijken ze nog wel eventjes vast te houden aan het lage rentebeleid, waardoor de landen met schulden nog eventjes kunnen ademhalen. De Europese Unie zelf heeft nu ook alle baat bij deze regering te steunen om Salvini niet nog meer cadeaus te geven bij een snelle verkiezing.
Verenigd Koninkrijk en Boris Johnson
In het Verenigd Koninkrijk zitten we met een aankomende Brexit, althans als men het referendum van enkele jaren geleden zal eerbiedigen. De onderhandelingen zijn al langer niet enkel een kwestie geworden van met welke ‘deal’ men al dan niet uit de EU zou stappen, maar eerder een ingewikkelde procedureslag die zowat elk mogelijk scenario al heeft kunnen dwarsbomen.
Het enige wat dit ondertussen heeft opgeleverd is een ongeziene marathon van politiek theater. Na lange tijd heeft Theresa May het bijltje er bij neer moeten gooien. Ze zal niet de geschiedenis ingaan als een geslaagde prime minister. Haar opvolger Boris Johnson probeerde de druk op de EU te leggen met een eventuele ‘No deal’-brexit, maar ook dat scenario lijkt nu voorlopig van de baan.
Eurofielen kunnen achteroverleunen
Het parlement, en vooral de remainers, kunnen sinds het referendum eigenlijk achteroverleunen. Ze kunnen elk voorstel simpelweg afkeuren, en de onfortuinlijke eerste minister faalt met schaamrood op de wangen.
In de Europese verkiezingen kwam de eeuwige kwelduivel van de EU terug ten tonele, Nigel Farage.
Hij richtte een Brexit-partij op met het oog op deze verkiezing. Ze werd op één slag de grootste van het Verenigd Koninkrijk. Dit was een opdoffer voor de Conservatives die zo’n 15 procentpunten verloren.
Ook Labour ging achteruit met zo’n 10 procentpunten. Het was een duidelijke afstraffing voor het uitblijven van een akkoord en het gekibbel in het parlement. De Liberal Democrats, die uitgesproken pro EU zijn, wonnen zo’n 13 procentpunten.
Eventueel tweede referendum geen uitgemaakte zaak
Het was dus vooral een overwinning te noemen voor de Brexiteers. De remainers laten graag uitschijnen
dat een overwinning in een tweede referendum zeker is, dit geeft natuurlijk een zekere machtspositie.
Maar of dit zo zou zijn, is maar te betwijfelen aan de hand van de verkiezingen. Zeker aangezien het opnieuw organiseren voor velen kan overkomen alsof de politici uit Londen hun keuze niet accepteren en hen willen afdwingen om anders te stemmen.
Parlement doorkruist Johnsons plannen
Theresa May gaf haar ontslag als prime minister en de logische opvolger was Boris Johnson. Hij was
al langer veel populairder dan May en kwam met zelfvertrouwen aan zet. Zijn strategie was ofwel de EU te dwingen tot een nieuw en beter akkoord, dan wel een ‘No Deal’ Brexit. Hij sloeg even hard met zijn vuist op tafel, en liet zelfs het parlement een tijdlang ontbinden. Nog een keer kwam het parlement samen. Zij wisten echter Boris Johnson het op hun beurt moeilijker te maken door een wet te stemmen
waardoor een No Deal Brexit moeilijker werd. Weg was de druk op de EU. Het plan B van Boris Johnson werd eveneens niet goedgekeurd, namelijk nieuwe verkiezingen.
Eurofielen willen tweede referendum maar geen verkiezingen
Hoewel de oppositiepartijen zo lang op een nieuw referendum hadden gehoopt, willen ze nu plots niet dat de kiezer nog spreekt. In de opiniepeilingen doet Boris Johnson het opmerkelijk beter dan zijn voorganger Theresa May. De remainers vrezen dat een verkiezingsoverwinning voor Boris Johnson hem een sterkere onderhandelingspositie zou geven, en dat hij eventueel toch nog een ‘No Deal’-Brexit kan doorvoeren.
De remainers hebben alle belang bij een zwakkere positie voor de eerste minister. In de hoop dat alle onderhandelingen mislukken en een No Deal-Brexit niet kan doorgevoerd worden. Een tweede referendum kan dan wel eens de enige andere oplossing zijn. Nieuwe verkiezingen, waar ook veel Conservatives achter staan, wil men voorlopig toch niet. Waarom dan maandenlang vragen achter een nieuwe ‘people’s vote’, om een verkiezing te weigeren? Dit kan 2 redenen hebben.
Enerzijds omwille dat het vragen achter een people’s vote bij veel remainers een kwestie van blufpoker is, om nog meer druk te leggen bij de partij van Boris Johnson. Zo willen ze zichzelf een ‘moral high ground’ als echte democraten geven in de publieke opinie. Anderzijds kan het ook een kwestie zijn dat bij verkiezingen men ook voor kandidaten stemt. Bij Labour is Corbyn over de Brexit minder eenduidig dan Boris Johnson, en dat is ook af te leiden uit opiniepeilingen. Dan is er ook nog de vraag wat Nigel Farage zou doen in zo’n verkiezing. De Liberal Democrats lijken ook niet echt op te kunnen tegen Johnson of Farage, wat een voordeel zou zijn voor de Brexiteers. Op korte termijn willen de remainers dus evenmin de kiezer de kans geven om hun zegje te doen, vooraleer ze Boris Johnson dus willen doen falen.
Rode draad: Eurofielen bang voor de kiezer
In de twee West-Europese landen die de afgelopen jaren de EU hebben dwars gezeten, gebruiken de eurofielen de huidige nationale parlementen en de representatieve democratie om ondanks het falen van hun regeringen verder te strompelen. Hoe lang dit kan voortduren is in beide landen nog maar de vraag. Nochtans is het in het belang van deze partijen om dit zo lang mogelijk vol te houden. Verkiezingen zijn in beide gevallen te gevaarlijk, omdat de kwelduivels van de EU in de peilingen te populair zijn. Deze laatsten zullen echter proberen als martelaren naar de verkiezingen te stappen.