De film Dunkirk is op het moment van schrijven in sommige bioscopen al niet meer te zien, maar het is toch de moeite waard even stil te staan bij deze verfilming over een van de grootste nederlagen van de geallieerden in de Tweede Wereldoorlog.
Laten we meteen tot de kern komen. De film is een meesterwerk. Het grootste deel van de film bestaat uit 3 verhalen. Een soldaat die een week op het strand van Duinkerken doorbrengt. Een piloot van een Spitfire-jachtvliegtuig en een burger die met zijn plezierjacht het kanaal oversteekt. Deze drie verhalen vinden elkaar tijdens het sluitstuk van de film die toch zeker origineel te noemen is.
Wat ook origineel te noemen is, zeker gezien de veelheid aan films over de Tweede Wereldoorlog, is dat de geallieerde soldaten geen onoverwinnelijke superhelden zijn. En de weinige Duitse soldaten geen baby-etende monsters. Dat klinkt allemaal erg logisch, maar in te veel andere films worden deze evidenties niet zo in beeld gebracht. De regisseur Christopher Nolan heeft ervoor gekozen de strijd neutraal in beeld te brengen. Er zijn geen swastika’s te zien en geen gratuite beelden van gewonde soldaten. De stuka’s maken hun specifieke angstaanjagende geluid en schepen zinken als ze geraakt worden door torpedo’s of bommen. Er is duidelijk actief geprobeerd een waarheidsgetrouw verhaal te vertellen.
De muziek is gedaan door Hans Zimmer die eerder de filmmuziek voor Gladiator componeerde en zich daarbij liet inspireren door Richard Wagner. Die invloed van klassieke muziek is ook in deze film te horen. De muziek is naast al het andere moois in deze film ook een pluspunt. Op momenten is de muziek angstaanjagender dan in menig horrorfilm die ik heb gezien en op de juiste momenten is de muziek mooi en dromerig en faalt nooit in het begeleiden van de toon van de scene.
Het strand waar de 400.000 soldaten bivakkeren wordt naarmate de film vordert steeds meer gevuld met dode lichamen en als de vloed opkomt spoelen er nog meer lijken – afkomstig van getorpedeerde en gebombardeerde schepen – aan. Aangevuld met de muziek van Hans Zimmer wordt er een claustrofobische sfeer op de open ruimte van het strand gecreëerd.
Het beeld van een verslagen leger dat uit de lucht steeds weer onder vuur wordt genomen door nietsontziende aanvallen van stuka’s en de Heinkel bommenwerpers die meedogenloos Britse schepen tot zinken brengen projecteert Christopher Nolan vakkundig op ons netvlies. De bedrukte sfeer van nederlaag, van paniek en het gevoel van noodzaak om het strand van Duinkerken te verlaten is zo dik dat het bijna tastbaar is.
De personages worden naamloos opgevoerd en we leren ze op voornamen en wat oppervlakkige kernmerken na niet echt kennen. Maar dat is niet erg. Deze film gaat over een naamloze massa en ik vind de keuze om niet te veel persoonlijke verhalen te verfilmen ook terecht en passen bij de algemene Untergangsstimmung.
De film illustreert natuurlijk een nederlaag en in die zin is er geen “happy end”. Maar vlak voordat de aftiteling getoond wordt worden we getrakteerd op de legendarische “we shall never surrender”-speech van Winston Churchill. Verwoord door een naamloze soldaat en wederom gezet op de prachtige, dromerige muziek van Hans Zimmer.
In november te zien op DVD. Aanrader.