Economisch overheersen de metropolen, het platteland trekt leeg

door | 20 augustus 2016

In veel Europese landen heeft in de afgelopen jaren een regelrechte ontvolking van het platteland plaats gevonden. Dat vertaalt zich ook in de verkiezingsuitslagen.

United_Kingdom_EU_referendum_2016_voting_regions_results.svgDat fenomeen kwam bijvoorbeeld duidelijk naar voren in het referendum over het EU-lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk. Terwijl de hoofdstad Londen tegen de Brexit stemde, stemde de Engelse bevolking in de provincie met overweldigende meerderheid voor. Volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) is deze trend een indirect gevolg van de globalisering: “In de grote steden, de knooppunten van de wereldeconomie, ligt de productiviteit veel hoger; zo produceren bijvoorbeeld de inwoners van Londen per hoofd bijna het vijfvoudige van de Britse doorsnee”, zo heet het in een analyse. De economische groei concentreert zich toenemend in de metropolen, de provincie blijft achter.

In Frankrijk ziet de situatie er vergelijkbaar uit. Meer dan de helft van de toename van het Bruto Binnenlands Product vindt plaats in de agglomeratie van Parijs. Het landelijke Frankrijk, ‘la France profonde’, heeft aanzienlijk lagere cijfers.

Het is daarbij een vergissing om aan te nemen dat de mensen in de provincie noodzakelijkerwijs ontevredener zouden zijn. Juist in gebieden die nog altijd door landbouw gedomineerd worden, bestaat er een idyllisch levensgevoel, het gevoel dat de wereld nog klopt. Anderzijds zijn er in Frankrijk en Engeland gebieden die vanouds sterk door industrie bepaald zijn en die nu grote structurele problemen ondervinden. Oude mijngebieden in het noorden van Frankrijk worstelen evenzeer met de structuurveranderingen als braakliggende gebieden in Engeland die ooit een grote tol speelden in de staalproductie.

Austrian_presidential_election_2016,_first_round_results_by_stateDit gemengde verhaal zie je terug in de verkiezingsuitslagen. De eurosceptische UK Independence Party is zowel daar sterk waar frustratie heerst als daar waar men iets te verliezen heeft. In Londen, een hoofdpodium van internationale financiële transacties, heeft de partij het traditioneel moeilijk. In Frankrijk doet Marine le Pen het met haar Front National even goed in idyllische plattelandsregio’s als in verlopen industriesteden. De hoofdstad Parijs, in het centralistische Frankrijk een belangrijke draaischijf, blijft voor het Front National echter een terra incognita. In Oostenrijk haalde Norbert Hofer van de FPÖ overal in de provincie geweldige resultaten, maar in de hoofdstad Wenen bleef Alexander Van der Bellen van de Groenen hem voor.

De vraag is echter of anti-establishmentpartijen op den duur niet toch door kunnen breken in de metropolen, wanneer zoveel mensen daar naartoe trekken. De situatie in Italië lijkt daar op te wijzen. In Italië zag je aanvankelijk het zelfde verschijnsel als in Engeland en Frankrijk. De Vijf-Sterrenbeweging van Beppe Grillo deed het aanvankelijk vooral goed in de arme regio’s in het zuiden enerzijds en de klassieke landbouwgebieden in het midden van het land. Maar bij de recente lokale verkiezingen veroverde de protestpartij zowaar de burgemeesterszetel in de hoofdstad Rome. De vraag is natuurlijk of het om een uitzondering gaat, of om een nieuwe trend.

De lonen liggen in de Europese hoofdsteden duidelijk hoger dan in de provincie, schrijft de OESO. De bevolking is er gemiddeld dan ook welvarender, hoger opgeleid en tevredener met haar leven. In Duitsland is de situatie volgens de onderzoekers nog relatief goed. Toch is er ook in het oosten van Duitsland al jaren sprake van ontvolking van het platteland. Daar steekt de Alternative für Deutschland bovengemiddeld goed af. Sinds de val van de muur hebben volgens het Berlin-Institut 1,5 miljoen mensen hun oude heimat verlaten, om zich in het westen van Duitsland te vestigen, oftewel zo’n tien procent van de bevolking van de DDR ten tijde van de Wiedervereinigung. Vooral jonge, hoger opgeleide en vrouwelijke personen vertrokken.

Prognoses van het Bundesinstitus für Bau- Stadt und Raumforschung (BBSR) komen bovendien tot de conclusie dat grote delen van Duitsland in de komende twee decennia tot tamelijk verlaten landschappen dreigen te verworden. Tot nu toe zijn de verschillen in beschikbaar inkomen nog relatief gering, duidelijk kleiner dan in bijvoorbeeld Groot-Brittannië, Frankrijk of Polen. Dat immigratie een oplossing voor dit probleem zou kunnen zijn geloven de onderzoekers echter niet. Ook arbeidsmigranten trekken immers daarheen waar de kansen op werk of de betere carrièremogelijkheden zijn, en dat zijn de metropolen waar de economische activiteit zich concentreert.