Vier personen die gedurende 44 uur in hechtenis werden gehouden na een demonstratie tegen het homohuwelijk op 18 april 2013 in Parijs klagen de staat aan wegens “grove nalatigheid”.
Henri Beauregard, advocaat van de vier, noemde de hechtenis ongerechtvaardigd en eiste 10.000 euro schadevergoeding voor elk van zijn cliënten.
Bij de demonstratie tegen het wetsvoorstel genaamd ‘Marriage pour tous’ (Huwelijk voor iedereen) werden die avond zo’n 80 personen gearresteerd. Daarvan werden er twaalf maar liefst 44 à 48 uur vast gehouden. Tien van hen werden zonder aanklacht vrij gelaten en een werd berispt voor het beledigen van een politieagent. De laatste persoon, een jongen die gewond raakte toen hij werd afgevoerd door de oproerpolitie, werd na twee verwijzingen ook vrijgesproken.
De vier, wier zaak mr. Beauregard bepleit, werden los van elkaar gearresteerd op de Champs Elyssées, kennen elkaar niet en hebben zich niet tegen arrestatie verzet. Ze werden gearresteerd wegens “gewapend geweld tegen overheidsdienaren, moedwillige vernieling van publiek eigendom en opstandigheid” en werden aan het eind van hun hechtenis vrijgelaten zonder dat hen iets ten laste werd gelegd.
[note color=”#F4FDFF”] Blijf op de hoogte van nieuws, opinie en achtergronden met een internationale focus: Volg Novini!
[/note]
Twee van de vier waren aanwezig bij de zitting. De ene, Grégoire, is een veertigjarige reserve-officier bij de Marine. Hij werd in hechtenis genomen nadat hij de jongeman die werd afgevoerd door de oproerpolitie en daarbij gewond raakte geluk wenste. In zijn tas trof de politie een jachthoorn, een liedboek van de Marine, een Franse driekleur, drie spandoeken en een ‘Manif pour tous’-fluitje aan. In de handtas van de andere, Amicie, een hippe blonde studente, werd een flesje fysiologische zoutoplossing aangetroffen.
Hun advocaat stelt dan ook dat er “geen enkele basis was voor in hechtenisneming” en eist dan ook dat de staat aansprakelijk wordt gesteld voor de “grove nalatigheid” van de gerechtsdienaren.
De advocaat van de staat, Marie Dolard, houdt staande dat de arrestaties gerechtvaardigd waren, omdat er met stenen gegooid zou zijn naar de politie. Ze stelde verder dat de aanwezigheid van fysiologische zoutoplossing in de handtas van de studente er op zou wijzen dat zij rekening hield met gewelddadige confrontaties met de politie en de inzet van traangas.
Sylvie Kachaner, officier van justitie, stelde dat de hechtenis “volstrekt gerechtvaardigd” was en dat er “geen juridische basis” is om van grove nalatigheid van de staat te spreken.
Uitspraak in de zaak wordt gedaan op 24 juli.