De moord op de Wereldhandelsorganisatie

door | 14 juli 2018

Het zijn op dit ogenblik zowel voor diplomaten, regeringen als de bedrijfswereld ongetwijfeld zeer hectische dagen. Traden de Verenigde Staten voorheen al uiterst agressief op, dan is het nu helemaal chaos en is het woord handelsoorlog alom. Typerend was dat velen in de media deze week in Brussel al dachten het officieel overlijden van de NAVO te kunnen meemaken. Alsof die niet al op sterven na dood is. Alleen men geeft het bij de lidstaten nog niet toe.

GATT

Ondertussen regent het vanuit de VS strafmaatregelen met ofwel meer sancties dan wel extra invoerrechten tegen zowat alle vermeende bondgenoten – lees vazallen – en handelspartners van de VS. En we zijn nog maar aan het begin. Het gevolg is dat die door extra invoerheffingen getroffen landen zeggen met hun klacht naar de Wereldhandelsorganisatie (WHO) te trekken om de VS te verplichten de regels te volgen. Er is hiermee echter een probleem: De WHO is dood, vermoord door de VS.

De algemene vergadering van de WHO. Officieel nog springlevend maar feitelijk dood. Iets wat men blijkbaar zo stil mogelijk wil houden. Je zult er in de gespecialiseerde media zoals The Financial Times dan ook amper iets over vinden.

De Wereldhandelsorganisatie (in het Engels afgekort als WTO) werd opgericht in 1995 toen er bij het GATT, het General Agreement on Tariffs and Trade, onoverkomelijke problemen ontstonden rond allerlei handelsgeschillen tussen de lidstaten. Vooral de houding van de VS zorgde voor veel herrie.

Dat was de reden waarom de WHO werd opgericht met als bedoeling een beter systeem te krijgen om die geschillen te beslechten. Zowat alle landen met ietwat naam zijn nu lid, ook bijvoorbeeld Jemen en de Seychellen. En in het begin leek dat ook goed te werken, waarbij de grote machtige naties het soms moesten afleggen tegen kleinere staten. Typerend was de door Costa Rica gewonnen rechtszaak over ondergoed tegen de VS.

Volgens de regels van de WHO stapt een land naar het Bureau voor Geschillenregeling (Dispute Settlements Body) van deze organisatie. Die werkt als een soort dienst voor eerste aanleg. Het is echter het Beroepshof (Appelate Body) dat zal beslissen wie gelijk heeft.

Bij consensus

Deze instelling bestaat normaal uit zeven rechters die voor twee jaar worden benoemd, wat dan eenmaal verlengd kan worden. De rechters hier zijn geen beroepsmagistraten maar specialisten in internationale handel. Zo is er de Belg professor Peter Van den Bossche die verbonden is aan een serie onderwijsinstellingen in Bern, Amsterdam, Maastricht; de ULB in Brussel en het Brugse Europacollege.

Deze rechters krijgen een geschil te behandelen dat ze dan moeten onderzoeken. Op hun beslissingen is voor zover bekend nooit veel kritiek geweest. Van de zeven rechters zijn er echter nu nog maar vier over en in september worden er dat praktisch zeker nog maar drie. Dan eindigt immers de termijn van Shree Baboo Chekitan Servansing uit Mauritius.

Zodat de Chinese Hong Zhao op 30 september 2020 achter haar als laatste er het licht uit kan doen. Want op 10 december 2019 eindigen de termijnen van de Amerikaan Thomas R. Graham en de Indische voorzitter Ujal Singh Bhatia en dus blijft die Chinese dame eenzaam en alleen over tot ook zij op 30 november 2020 moet vertrekken.

De insider: “Het probleem is dat men deze mensen bij consensus dient te benoemen en een land ligt al meer dan een jaar dwars. En dat is de VS. Wel mogen de rechters als ze vertrekken de dossiers die ze behandelen normaal verder afwerken. Maar in bepaalde gevallen poogt de VS zich ook hier tegen te verzetten. Het is bovendien onduidelijk waarom de VS neen zeggen tegen tegen de benoeming van nieuwe rechters. Soms krijg je een lijstje met klachten en hebben zij het onder meer over het activisme van de rechters. Namelijk dat zij in de plaats van regeringen beslissingen doorduwen.”

De rechters van het Beroepshof toen ze nog met zes waren. De zevende werd rechts op de fot handig weggesneden. Van links naar rechts Shree Baboo Chekitan Servansing (Mauritius), Hong Zhao (China), Peter Van den Bossche (België), Ukal Singh Bhattia (Indië), Thomas R. Graham (VS) en Ricardo Ramirez-Hernandez (Mexico).

 

Bovendien eisen de VS nu ook dat dit Beroepshof ten laatste binnen negentig dagen een beslissing neemt, zo niet aanvaarden zij die niet meer en stellen zij hun veto. De insider: “Toen men dit reglement in 1995 om ten laatste binnen 90 dagen te vonnissen invoerde werkte dat zoals het hoort, maar sindsdien is het afhandelen van die geschillen veel complexer geworden en lukt dat niet meer. Zo is er natuurlijk een pak jurisprudentie bijgekomen waarmee die rechters rekening moeten houden en bovendien is de wereldhandel een stuk ingewikkelder geworden.”

Steroïden

Het gevolg is natuurlijk dat de WHO wel nog bij naam bestaat maar het niet meer in staat is geschillen op te lossen en we dus een totale chaos dreigen te krijgen, de macht van de sterksten. En dit is wat de VS lijken te willen.

De insider: “Deze aanval op de wereldhandel is goed voorbereid en komt niet zomaar uit de lucht vallen. Eerst legt men de WHO lam en nadien begint men een handelsoorlog. We krijgen de indruk dat de VS terug wil naar het GATT, maar geen enkele andere lidstaat van de WHO gaat hiermee akkoord. Nu werkt men met een soort consensus waarbij een beslissing alleen wordt verworpen als iedereen neen zegt. En dat gebeurt namelijk niet, want wie gewonnen heeft zal nooit neen zeggen. De VS wil het omgekeerde waarbij het vonnis pas aanvaard wordt als iedereen akkoord gaat en elk land zo zijn veto kan stellen, dus ook de VS. Dat kan niet werken. Men speelt hier met vuur.” Op een berg dynamiet.

Verassend is dit echter niet. De VS hebben zich altijd gezien als de leider van de wereld die als heer en meester zegt wat anderen moeten doen. De insider: “Natuurlijk is dit het verder zetten van het beleid van de vorige Amerikaanse presidenten maar onder Trump is dat wel een op steroïden. Zo ging er het verhaal rond dat de VS met Donald Trump de WHO ging verlaten. Maar dat ontkende men dan later.”

Of de VS hier hun slag gaan thuishalen is echter uiterst twijfelachtig. De insider: “De VS is goed voor een 15% van ‘s wereld bnp en 13% van de wereldhandel. Wat een totaal andere toestand is dan toen ze na de Tweede Wereldoorlog oppermachtig de wereldhandel domineerden. Maar met 15% van het BNP en 13% van de wereldhandel kun je de andere landen niet meer op de knieën dwingen. Dat is voorbij.”

De dollar

Voor de wereldeconomie en dus voor iedereen breken er onvoorspelbare tijden aan. De insider: “We gaan naar een periode met veel onzekerheid, en voor bedrijven is dat een ramp. Wat gaan bijvoorbeeld de regels worden om te exporteren? Verder zullen die in nogal wat gevallen niet meer worden toegepast. Ook de VS gaan hier trouwens een groot slachtoffer van worden. Zo voert de VS veel landbouwproducten zoals granen uit naar China maar die onderwerpt men in China nu aan extra invoerheffingen. Niemand gaat de VS nog als een betrouwbare handelspartner zien.”

Zo groot wil president Donald Trump de andere landen.

 

Alleen nog de positie van de dollar zorgt voor het overeind blijven van de VS als de wereldmacht. De insider: “Internationale handel is tegenwoordig er een die werkt volgens de regels van de bevoorradingsketen. Men koopt en verkoopt onderdelen die anderen dan op een bepaalde plaats tot een computer of een auto maken. Wat de VS hier doet is het ondergraven van haar eigen economie en machtspositie.”

Het is dan ook duidelijk dat de positie van de dollar als ‘s wereldhandels- en reservemunt bijgehouden door zowat alle centrale banken, vooral dan de vazalstaten als Japan en het Verenigd Koninkrijk, ten dode is opgeschreven. Nu is al minder dan 60% van de wereldhandel in dollar en praktisch 20% in euro.

Mits maatregelen van de Chinese, Russische, Europese, Indische en Japanse centrale banken om het gebruik van hun munten in de internationale handel te vergemakkelijken, zal het belang van de dollar afnemen. Wat onvermijdelijk lijkt.

Het is in wezen ook in het voordeel van de VS. Door het grote belang van de dollar in de handel is de vraag naar dollars groot en stijgt dus de prijs van die munt tegenover andere munten. Kwestie van vraag en aanbod.

Maar een dure dollar maakt de VS juist minder concurrentieel op de wereldmarkten. En zo knijpt men in de VS de industrie dood. De VS kan in wezen dus alleen maar in eigen vlees snijden, die van wereldmacht of die van de concurrentieel handel voerende natie.

De Britse premier Theresa May ontdekte met de herrie rond de Brexit hoe complex de internationale handel is en dat ze haar land niet zomaar kon isoleren van de EU, haar handelspartner bij uitstek. De VS is nu een aanval begonnen tegen die internationale handel.

 

We gaan op internationaal vlak op termijn dus terug tot de periode van voor 1940 toen er vier munten in de internationale handel in gebruik waren, de Amerikaanse dollar, het Britse pond, de Franse frank en de Duitse mark.

Dat zal dit jaar niet gebeuren maar is iets voor het komende decennium wanneer men hiervoor, soms met veel tegenzin, klaar denkt te zijn. De periode waarbij één munt de wereld overheerste is ook uniek in de geschiedenis en komt aan zijn einde. Wanneer is onduidelijk maar Donald Trump zal dit zeker doen versnellen.