Mevrouw Bitter is een van de belangrijkste advocaten van het Haagse advocatenkantoor Pels-Rijcken & Droogleever-Fortuijn. Sinds 1988 is zij daar partner van het kantoor, dit betekent dat zij lid is en mede-eigenaar van de maatschap (het advocatenkantoor). Sinds 2012 is mevrouw Bitter bovendien voorzitter van de partnervergadering van het advocatenkantoor. Sinds 2015 is zij officieel benoemd als de plaatsvervangend landsadvocaat [1]. Zij is dus een van de belangrijkste leidinggevenden binnen het advocatenkantoor Pels-Rijcken, dat dé partner is van de Rijksoverheid in publiekrechtelijke rechtszaken. Mevrouw Bitter was tevens een van de advocaten die bij de landsadvocaat het dossier Vuurwerkramp behandelden.
Van oudsher: 1888
Van oudsher [2] is de functie van ‘Landsadvocaat’ verbonden aan het advocatenkantoor Pels-Rijcken. Alle ruim 160 advocaten en notarissen van kantoor Pels-Rijcken werken ook in de landspraktijk en houden daarbij de politieke-, bestuurlijke- en maatschappelijke context, waarin de Rijksoverheid opereert, voor ogen [3].
Rol bij de Vuurwerkramp
Het kantoor van de Landsadvocaat speelt een belangrijke rol in alle civiele en bestuurlijke rechtszaken betreffende de Vuurwerkramp. Of het nu gaat om het afhouden van de civiele schadeclaims die door slachtoffers en nabestaanden zijn ingediend, of het verhinderen van inzage in documenten die betrekking hebben op de Vuurwerkramp, de Landsadvocaat staat klaar voor de Staat. Dat de Landsadvocaat het daarbij niet al te nauw neemt met de waarheid blijkt uit de manier waarop de Landsadvocaat op zeer selectieve wijze gebruik maakt van de door het OM verzamelde bewijzen.
Wat het Openbaar Ministerie bewijst
Als aanklager in de strafzaak heeft de Staat middels het OM er belang bij dat de situatie bij het vuurwerkbedrijf S.E. Fireworks zo slecht mogelijk wordt voorgesteld. Daarmee maakt de strafklacht tegen het vuurwerkbedrijf de meeste kans van slagen. Het Openbaar Ministerie gaat daarbij heel ver in de strafzaak. Daar waar volgens de beschikbare administratie [4] er 120 ton goedgekeurd vuurwerk lag, ruim binnen de vergunning, organiseerde het OM een omslachtige voorraadreconstructie en een her-classificatie van het vuurwerk, waardoor er ‘Te-veel-en-te-zwaar’ vuurwerk lag bij S.E. Fireworks. Dit was dan ook wat er als resultaat kwam uit de onderzoeken van het NFI en TNO.
Is onbewezen volgens de Landsadvocaat
Als verdediger in de civiele zaak heeft de Staat middels de Landsadvocaat er echter belang bij dat de situatie bij S.E. Fireworks juist zo goed mogelijk wordt voorgesteld. Daarmee heeft de verdediging tegen de slachtoffers en nabestaanden van de ramp de meeste kans van slagen. Het handelen van de overheid bij de vergunningverlening, controle en handhaving moet daarbij in een zo gunstig mogelijk daglicht komen. Daarmee ontvalt de basis in de civiele claimprocedure aan de slachtoffers en nabestaanden om de overheid te kunnen beschuldigen van laakbaar handelen of nalaten. De Landsadvocaat schroomt daarbij niet om, dwars tegen de conclusies van het Tolteam en OM in, te betogen dat er op het terrein van S.E. Fireworks juist géén sprake was van ‘Te-veel-en-te-zwaar’ vuurwerk [5]. Dán komen de tegenargumenten van de verdediging, die duiden op een lagere voorraad, of op ondeugdelijkheid van de TNO-proeven, de Landsadvocaat ineens wél van pas, waar eerder het OM deze argumenten succesvol van tafel veegde. Daarbij stelt de Landsadvocaat de resultaten van NFI en TNO ineens ter discussie, op veel punten [6]. Ook meent de Landsadvocaat dat er bij het vuurwerkbedrijf geen sprake was van stelselmatige overtredingen van de milieuvergunning, terwijl het OM die overtredingen bewezen acht en daaraan grote bewijskracht toekent als oorzaak van het kunnen uitbreiden van een onschuldige brand tot ramp [7]. Hoogleraar De Roos van de Universiteit Leiden ziet in het spreken met dubbele tong door de Staat het bewijs dat de overheid nog steeds niets van de ramp heeft geleerd [8]. De Landsadvocaat maakt er zelf overigens geen geheim van dat de waarheid maar een relatief begrip is [9].
Mr. drs. Cécile Bitter
Binnen het kantoor van de Landsadvocaat traden diverse advocaten op namens de Nederlandse Staat bij de Vuurwerkramp. Ook mevrouw Bitter zelf trad namens de Landsadvocaat op in zaken die met de vuurwerkramp te maken hadden. Zij was de advocaat die, namens het Openbaar Ministerie, onterecht klokkenluider Jan Paalman voor meineed probeerde vast te nagelen in 2004 [10]. Ook overtuigde zij met succes de rechter om geen stukken van TNO vrij te geven in relatie tot de vuurwerkramp [11]. Dat de Landsadvocaat TNO in deze kwestie verdedigt is dan ook tekenend voor de werkelijke verhoudingen binnen ‘onafhankelijk’ onderzoeksland.
Trio ‘List & Bedrog’
De Nederlandse Staat kan een enorme juridische overtuigingskracht ontwikkelen om de waarheid naar haar hand te zetten:
- Het ‘Openbaar Ministerie’ in strafzaken
- ‘CAPRA advocaten’ bij het ontslaan van klokkenluiders
- De ‘Landsadvocaat’ in publiekrechtelijke zaken
Met dit trio ‘List en Bedrog’ is het praktisch onmogelijk om de waarheid in een dossier nog boven water te krijgen.
Voetnoten
[1] Bron: https://www.pelsrijcken.nl/mensen/cecile-bitter
[2] De zogeheten ‘Landsadvocaat’ is een groot advocatenkantoor (160 advocaten en (kandidaat-)notarissen) dat de belangen van de Nederlandse Staat verdedigt in juridische procedures. De titel van ‘Landsadvocaat’ wordt sinds 1888 (!) gevoerd door het Haagse advocatenkantoor Pels-Rijcken & Droogleever-Fortuijn en haar rechtsvoorgangers. Hierop hebben de ongetwijfeld voorgeschreven aanbestedingsprocedures, die in de tussentijd hebben plaatsgevonden, kennelijk geen invloed gehad. Bron-1: Toespraak van de Haagse burgemeester Van Aartsen op 24 juni 2010 bij gelegenheid van het betrekken van het nieuwe advocatenkantoor in het Babylon gebouwencomplex, gedownload van de website van de gemeente Den Haag op 23 december 2014. Bron-2: www.pelsrijcken.nl/mensen/
[3] Bron: https://www.pelsrijcken.nl/sectoren/centrale-overheid
[4] Volgens het OM was de administratie van het bedrijf S.E. Fireworks bij de ramp verloren gegaan, een aanname die iedereen gelooft. In werkelijkheid lag de administratie gewoon bij de externe accountant. Ook de mutaties in de administratie van de laatste werkdag waren door de eigenaren nog veilig gesteld en aan de accountant overgemaakt.
[5] Bron: In 2004 verschenen Boek ‘Op zoek naar de onderste steen’, geschreven door politiemedewerker en historicus Maarten Bollen. Hij deed dit in opdracht van de politie Twente en kreeg daarvoor subsidie van Binnenlandse Zaken. Citaat uit het boek genomen van blz. 341.
[6] Bron: Artikel in de Tubantia van 27 februari 2002, met daarin de standpunten van advocaat Plasman, voorzitter Vasse van de belangenvereniging rampslachtoffers en landsadvocaat Van Wijk.
[7] Bron: Artikel in de Tubantia van 16 maart 2002, geschreven door twee justitieredacteuren. Zij spreken vol verontwaardiging over het spreken met twee monden (OM en Landsadvocaat) door de Staat der Nederlanden.
[8] Bron: Hetzelfde artikel in de Tubantia van 16 maart 2002.
[9] Op de website van de Landsadvocaat staat: ‘Wij zijn Pels Rijcken. Onze 290 kantoorgenoten delen samen één ambitie: elke dag op topniveau presteren. Wij stimuleren elkaar het beste uit onszelf te halen en wij stellen het belang van de cliënt altijd centraal. Onze bestuurlijke, politieke antenne onderscheidt ons binnen de wereld van de advocatuur en notariaat. We begrijpen hoe het is om te werken met complexe (soms tegengestelde) belangen. Dat de waarheid nooit ééndimensionaal is. Dat je soms moet omgaan met uiteenlopende wensen van meerdere stakeholders. Wij weten dat context telt.’ Bron: https://www.pelsrijcken.nl/over-ons
[10] Bron: Uitspraak voorzieningenrechter Den Haag van 13 augustus 2004, zaaknummer: LJN: AQ6783, Rechtbank ‘s-Gravenhage , KG 04/871
[11] Bron: Uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 10 oktober 2003, zaaknummer: ECLI:NL:RBAMS:2003:AM2598