De Oekraïense binnenlandse geheime dienst SBU onderzoekt een petitie van de raad van het Oblast Transkarpatië, die onlangs werd aangeboden aan de president, de premier en de parlementsvoorzitter van Oekraïne en waarin de oblastraad een grotere mate van autonomie eiste van Kiev.
De oproep leidde tot grote verontwaardiging in de Oekraïense pers, zodat Mihaljo Rivisz, de voorzitter van de oblastraad, besloot terug te krabbelen door te stellen dat hij door de journalisten verkeerd is begrepen. Volgens Rivisz zou de oblastraad alleen maar de wens tot uitdrukking gebracht hebben dat het decentraliseringsproces wordt voortgezet. Rivisz noemde het gedrag van de nationalistische Oekraïense media politieke speculatie en benadrukte dat zijns inziens Transkarpatië niet naar afscheiding van Oekraïne moet streven.
Ongeacht de nadere toelichting van Rivisz bemoeit de SBU zich nu met de zaak, deze wil de kwestie verder onderzoeken. In een persverklaring stelt de geheime dienst laconiek daarbij binnen de wet te zullen opereren.
Transkarpatië is een regio in het uiterste westen van Oekraïne, die van de negende eeuw tot de Eerste Wereldoorlog tot het koninkrijk Hongarije behoorde. Na de Eerste Wereldoorlog werd het bij Tsjechoslowakije ingedeeld. Tijdens de Tweede Wereldoorlog verklaarde de regio zich onafhankelijk, maar dat duurde slechts een dag (Men leze hoofdstuk 13 van Norman Davies’ Vanished Kingdoms). De regio kent een Hongaarse minderheid die zo’n 12 procent van de bevolking uitmaakt en kleine etnische minderheden van Roemenen, Slowaken, Duitsers en Russen. Ook wonen er Ruthenen in de regio, die door Oekraïense nationalisten als Oekraïners beschouwd worden, maar door anderen wel als een aparte etniciteit gezien worden.
Tijdens het Oekraïense referendum over onafhankelijkheid van de Sovjet-Unie in 1991 kregen de inwoners van het oblast Transkarpatië tevens de keuze voorgelegd of ze een autonome regio wilden. Hoewel een grote meerderheid zich daarvoor uitsprak, werd er geen autonomie toegekend.