De Roma-vluchtelingen die verblijven op de vuilnisbelt van Podgorica in Montenegro, krijgen een jaar uitstel om hun papieren te regelen die nodig zijn voor een verblijfsvergunning. Dat bevestigde de Montenegrijnse regering onlangs.
Predikant Sinisa Nadazdin is ontzettend verheugd met dit goede nieuws. “Ons gebed is verhoord”, aldus Nadazdin, die de Roma niet alleen in kerkelijk opzicht bijstaat, maar ook een vraagbaak is voor de vluchtelingen wanneer het gaat om zaken als medische hulp en het regelen van van de permanente verblijfsvergunning. “Het grootste probleem is nog steeds het geld om de papieren te kunnen regelen, maar daar hebben we nu weer een jaar de tijd voor. Dat biedt hoop.”
De predikant en bewoners zijn blij met de publicaties over hun situatie: “We zijn niet meer alleen, de wereld weet nu van ons bestaan af.” Met name vanuit de Verenigde Staten leverde dit positieve reacties op en wordt hulp aangeboden. Diverse hulporganisaties in Nederland hebben inmiddels aangegeven open te staan voor projecten in Montenegro.
Het kamp Konik ademt ondanks deze opluchting dezelfde sfeer van armoede. De bewoners maken zich zorgen om de dagelijkse behoeften. Eten dat bijna over datum is, wordt – net zoals in Nederland – in veel gevallen gedumpt op de vuilnisbelt, maar die is afgesloten door bewakers. “De vuilnisbelt is nu al tien dagen afgesloten voor iedereen die niet bij de vuilnisdienst werkt . We kunnen niet op zoek naar eten en metalen”. De vuilnisbelt van Podgorica is geen eigendom van de staat, maar van een private onderneming en kan zodoende het terrein afsluiten voor onbevoegden. Voor de Roma die hierop zijn aangewezen voor hun inkomsten is dat een enorme strop.
Er zijn ook goede berichten op het kamp. Diverse gezinnen hebben met succes en dankzij (financiële) hulp van buitenaf hun verblijfsvergunning kunnen regelen.