De verslechtering van de positie van christenen in de Arabische wereld ten gevolge van de ‘Arabische lente’

door | 29 juli 2013

De Arabische lente heeft in de meeste Arabische landen geleid tot een duidelijke verslechtering van de positie van christenen. Naast de groeiende politieke invloed van het islamisme, is de islam steeds zichtbaarder in de Arabische samenlevingen, en neemt religieus gemotiveerd geweld tegen christenen toe. Christenen verlaten de regio in groten getale, en de christenen die blijven verkeren in een kwetsbare positie. Te midden van de verdrukking geven het groeiende bewustzijn van de historische christelijke gemeenschappen en het aantal moslims dat zich bekeert tot het christendom reden tot hoop.

Ruim twee jaar geleden werd de Arabische wereld opgeschud door een golf van protesten en revoluties die uiteindelijk leidden tot grote politieke aardverschuivingen. Aanvankelijk kwamen de protesten vooral voort uit breed gedeelde ontevredenheid over de aanhoudende slechte economische situatie, hoge voedselprijzen en structurele werkeloosheid. In korte tijd verdwenen echter sociaal-economische motieven naar de achtergrond. De revoluties werden gekaapt door fanatieke bewegingen die hun kans grepen om hun islamitische agenda te verwezenlijken. Met name de rechteloosheid ten gevolge van de ‘Arabische lente’, in combinatie met de sterke opkomst van verscheidene politiek-islamitische bewegingen, maakt de positie van christenen steeds moeilijker.

In het eerste deel van dit artikel zal aandacht besteed worden aan (1) de specifieke gevolgen van de ‘Arabische lente’ voor de positie van christenen in de Arabische wereld. In het tweede deel zal ingegaan worden op één van de meest verontrustende consequenties van de verslechterde positie van christenen: (2) de emigratie van christenen uit de regio. Tot slot zullen (3) enkele perspectieven worden gegeven voor de toekomst.

1. Arabische lente of Arabische winter? De gevolgen van de opstanden in de Arabische wereld voor de positie van christenen.

De ‘Arabische lente’ werd door velen gezien als een brede maatschappelijke beweging die vroeg om een einde aan mensenrechtenschendingen, corruptie en armoede. Heel snel bleek echter de uitkomst van deze revoluties volledig in strijd met de oorspronkelijke bedoelingen van de demonstranten[1]. De hoopvolle bestempeling van de revoluties in de Arabische wereld als ‘Arabische lente’ door Westerse analisten was niet alleen te optimistisch, maar ook naïef. Zeker, de autoritaire machthebbers in landen als Egypte en Libië werden verdreven, maar daar zijn politiek-islamitische regimes voor in de plaats gekomen die in de praktijk net zo autoritair zijn als hun voorgangers. Democratische hervormingen blijven uit, de rechteloosheid neemt toe, en de grote economische uitdagingen waar de regio voor staat zijn niet opgelost.

De Arabische lente begon in Tunesië in december 2010 en werd gevolgd door andere Arabische landen. In alle Arabische landen is de opkomst van een grote verscheidenheid aan politiek-islamitische bewegingen een belangrijk kenmerk van de revoluties, ten koste van seculiere protestbewegingen. Als gevolg hiervan oefenen islamitische groepen grote invloed uit op het regeringsbeleid en laten ze hun invloed merken in de samenleving.

In Tunesië, Egypte en Libië leidden de opstanden uiteindelijk tot een verandering van regime, waardoor islamitische partijen aan de macht kwamen. In Marokko, Algerije en Jordanië werden hervormingen geïntroduceerd om islamistische facties tevreden te stellen en de sociale vrede te bewaren, maar bleven de zittende regimes aan de macht. In Syrië, Saoedi-Arabië en Oman werden demonstraties op gewelddadige wijze neergeslagen. Ook in Jemen en Bahrein was er met name in 2011 meer geweld, al heeft dat nog niet geleid tot structurele veranderingen. In Jemen trad President Saleh die sinds 1990 aan het bewind was, als gevolg van aanhoudende protesten begin 2012, af.

SYRIA_please credit Flickr.com/freedomhouseSyrië bevindt zich al meer dan twee jaar in een zeer gewelddadige burgeroorlog met zowel politieke als sektarische elementen, waarin het regeringsleger vecht tegen diverse rebellengroepen. Formeel is Bashar Al-Assad nog steeds aan de macht, maar de rechteloosheid in het land neemt toe, en er lijkt geen uitzicht op een spoedige oplossing van het conflict. Het aantal geweldsincidenten tegen christenen in Syrië is ook fors toegenomen. In algemene zin maakt het burgerconflict christenen bijzonder kwetsbaar voor verschillende vormen van vijandelijkheden[2].

De Arabische lente heeft in de meeste Arabische landen geleid tot een duidelijke verslechtering van de positie van christenen die ook terug te zien is in hogere scores op de wereldranglijst christenvervolging van Open Doors[3]. Naast de hierboven beschreven groeiende politieke invloed van het islamisme, is de islam steeds zichtbaarder in de Arabische samenlevingen en neemt religieus gemotiveerd geweld tegen christenen toe.

Moslims die zich bekeerden tot het christendom (doorgaans aangeduid als Muslim Background Believers) hadden het altijd al moeilijk vanwege de afwijzing door hun families, maar de rechten van historische christelijke gemeenschappen (zoals de Kopten in Egypte of de Arameërs in Syrië) waren tot op zekere hoogte gewaarborgd onder de autoritaire regimes. Na de Arabische lente, namen de discriminatie en het geweld tegen beide groepen christenen flink toe.

De opkomst van islamitische groepen als de Moslimbroederschap in Egypte, het islamitische Bevrijdings Front in Algerije en het salafisme hebben duidelijk negatieve gevolgen voor de positie van christenen. De Arabische lente kan daarom beter gezien worden als een voorspel voor een Arabische winter, waarin de verdrukking van christelijke minderheden zal intensiveren.

Egypte, waar drie kwart van alle christenen in het Midden-Oosten leeft, islamiseert in rap tempo. De afgelopen jaren hebben koptische christenen zwaar geleden onder het geweld van islamitische groepen. Het bloedbad in de wijk Maspero in oktober 2011 waarin 27 christenen om het leven kwamen en honderden en honderden gewond raakten bij een demonstratie, zette al heel snel de toon voor de komende jaren. In dit bloedige incident deed het leger niets om christenen te beschermen, maar nam zelfs actief deel aan de moorden.

In Tunesië werd in 2011 een Poolse priester in koelen bloede vermoord door radicale islamisten. Sindsdien hebben er geen soortgelijke incidenten plaatsgevonden in het land, maar de bevolking is erg bang en het islamisme is veel zichtbaarder op straat. In Algerije worden de vrijheden van christenen steeds meer ingeperkt. Het land werd recentelijk opgeschrikt door een terroristische aanval in In Amenas in januari van dit jaar[4] waar circa 70 mensen bij omkwamen. In Libië kwamen in een aanslag door salafisten de Amerikaanse ambassadeur Chris Stevens en drie van zijn stafleden in september 2012 om het leven[5].

De val van despoten als Khadaffi (Libië) of Moebarak (Egypte) zorgde voor een machtsvacuüm dat nu gevuld wordt door moslimfundamentalisten. Voor grote groepen van de bevolking worden islamisten gezien als het enige alternatief voor structurele armoede en werkloosheid, na mislukt sociaal-economisch beleid van de voormalige heersers. In Libië heeft de transitieregering al duidelijk kenbaar gemaakt de sharia te willen implementeren in de nieuwe grondwet evenals de Annahda partij in Tunesië, die sinds de verkiezingen in 2011 leiding geeft aan de regering in dat land. In Egypte en Marokko hebben islamitische partijen eveneens de verkiezingen gewonnen. In Syrië wordt het rebellenleger in de oppositie gedomineerd door soennitische fundamentalisten.

2. De emigratie van christenen uit het Midden-Oosten

Hoewel minder dramatisch en nieuwswaardig dan gewelddadige vervolgingsincidenten van christenen zoals moorden en verbrande kerken, is er een ware exodus aan de gang van christenen uit het Midden-Oosten. Aan het begin van de 20ste eeuw werd de inheemse christelijke bevolking van Turkije geschat op ongeveer 20 tot 25 procent van de bevolking. Na golven van etnische en religieuze zuiveringen, wordt geschat dat er vandaag de dag slechts 100.000 tot 120.000 christenen wonen in Turkije, 0,15% van de totale bevolking.

Nu, anno 2013, verlaten christenen opnieuw de regio in grote aantallen, al moet deze trend niet worden overdreven[6]. Hoewel de Amerikaanse invasie in Irak en de revolutionaire golf die bekend staat als de Arabische lente niet het begin waren van de emigratie van christenen uit het Midden-Oosten, was het wel een belangrijk keerpunt. Door deze recente politieke ontwikkelingen worden christenen geconfronteerd met een geheel nieuwe situatie, met fysiek geweld, mensenrechtenschendingen, sharia-wetgeving en overheden die niet in staat zijn om hun meest kwetsbare burgers te beschermen. In sommige gevallen zijn christelijke minderheidsgroepen een direct doelwit. In andere gevallen staan ze tussen verschillende strijdende partijen in en zijn daardoor extra kwetsbaar.

Vanwege de precaire situatie van christenen in het Midden-Oosten slinken hun aantallen. Sinds de oorlog in Irak en het daaropvolgende conflict kiezen steeds meer christenen ervoor het Midden-Oosten te verlaten. Van de 1 miljoen christenen die er volgens sommige analisten voor 2003 in Irak woonden, zijn er vandaag de dag nog maar tussen 200.000-500.000 over.

Op dit moment heeft met name de Syrische burgeroorlog een massale vluchtelingenstroom op gang gebracht, in de eerste plaats naar de buurlanden Turkije en Libanon. De impact van de Syrische burgeroorlog wordt daar steeds sterker gevoeld. Schattingen geven aan dat tussen 200.000 en 400.000 van de in totaal 1,9 miljoen christenen Syrië hebben verlaten sinds het begin van de burgeroorlog, wat neerkomt op 15-25% van de totale vluchtelingenstroom.

De huidige Syrische burgeroorlog doet vele parallellen zien met het Iraakse geweld tegen christenen na de ondergang van Saddam Hoessein. Turkije en Libanon waren tot voor kort relatief stabiele landen, maar de nabijheid van het Syrische conflict kan een voorbode zijn van wat christenen in die landen te wachten staat.

Het is overigens belangrijk te onderkennen dat de emigratie van de Syrische christenen niet is begonnen met de burgeroorlog in 2011. Hoewel het zeker waar is dat grote aantallen christenen (en andere minderheden) de burgeroorlog ontvluchten, groeit de maatschappelijke druk op christenen in feite al decennia lang door de radicalisering van de islamitische soennitische bevolking.

Ook Egypte destabiliseert steeds meer, nu de Moslimbroederschap stevig in het regeringszadel zit en salafistische groeperingen vrij kunnen opereren door de grote rechteloosheid. Volgens sommige persberichten zijn sinds 2011 100.000 van de in totaal 10 miljoen christenen geëmigreerd uit Egypte, maar dat getal is waarschijnlijk overdreven. Hoe dan ook valt het niet te ontkennen dat sinds de val van Moebarak veel Egyptische christenen het land hebben verlaten.

3. Toekomstperspectieven

Het is belangrijk te beseffen dat de Arabische wereld zich nog steeds in een transitiefase bevindt. De uitkomst van de Arabische lente is nog niet helemaal uitgekristalliseerd. Het is bijvoorbeeld heel moeilijk in te schatten welke kant een land als Syrië op zal gaan, en het is ook niet duidelijk of islamisten in een land als Tunesië aan de macht zullen blijven. Tegelijkertijd zijn de verkiezingsoverwinningen van islamitische fundamentalisten in verscheidene landen een slecht teken en ziet het er heel somber uit voor christenen die in de regio wonen.

De toekomstperspectieven voor de positie van christenen in de Arabische wereld lijken daarom verre van positief. Het ligt in de lijn der verwachting dat de druk op christenen in de komende jaren zal toenemen. De islamitische partijen die nu aan de macht zijn is er alles aan gelegen die macht vast te houden om steeds meer sharia-wetgeving te implementeren. Maar nog veel zorgwekkender dan de islamisten in de regering is de voortgaande islamisering van de samenleving waardoor christenen steeds meer gezien worden als uitheemse groepen, terwijl het in feite hele oude gemeenschappen zijn. Vanwege de chaotische en bedreigende situatie in de regio, zullen daarom waarschijnlijk in de toekomst nog veel christenen emigreren.

Van het succes van het islamisme gaat regionaal een sterke invloed uit. Het inspireerde de inval van jihadisten in Mali in 2012 en de terreur van Boko Haram in Nigeria. In Irak laait het sektarisch geweld ook weer op. En er is een reële dreiging dat het conflict in Syrië overslaat op buurlanden Libanon en Jordanië. Tevens moedigen de ontwikkelingen in het Midden-Oosten ook de verspreiding van de politieke islam aan in Afrikaanse landen met een christelijke meerderheid zoals Kenia of Tanzania.

Naast de politieke ontwikkelingen en de islamisering van de samenleving, is de voortdurende rechteloosheid in landen als Libië en Syrië mogelijk nog veel ernstiger voor christenen omdat het betekent dat misdrijven die tegen hen gedaan worden in feite niet worden bestraft. Hierdoor zijn christenen kwetsbaar, en dit geldt in nog grotere mate voor christenvrouwen en -meisjes die steeds vaker slachtoffer worden van seksueel geweld.

Tegelijkertijd zijn er ook signalen van hoop. Ondanks de verdrukking groeit de kerk in het Midden-Oosten langzaam. Moslims bekeren zich tot het christendom. Met name in Egypte groeit het aantal gelovigen. Het gaat nog steeds om kleine aantallen, maar het is onmiskenbaar dat de belangstelling voor het evangelie toeneemt.

In Syrië is het groeiende bewustzijn van de historische christelijke gemeenschappen een belangrijke ontwikkeling die ook hoopvol doet stemmen. Nu de kerk onder grote druk staat, reikt zij steeds meer uit naar de samenleving en probeert het evangelie in de maatschappij handen en voeten te geven. De solidariteit van christelijke gemeenschappen in Libanon en Turkije die Syrische vluchtelingen opnemen is ook prijzenswaardig.

Wanneer zal deze winter voorbij zijn? Wanneer kunnen we verwachten dat de situatie zal verbeteren voor de christelijke bevolking? De onderdrukking en vervolging zal duren zolang de islamitische fundamentalisten de macht kunnen vasthouden. Als de islamitische fundamentalisten het Arabische volk teleurstellen, met name door geen wezenlijke antwoorden te bieden op de structurele armoede en uitzichtloosheid, zou dat op de lange termijn voor meer openheid kunnen zorgen om het evangelie te verspreiden.


[1] Hussein Agha and Robert Malley, “The Arab Counterrevolution”, The New York Review of Books, 29/09/2011

[2] Dennis Pastoor, Vulnerability Assessment of Syria’s Christians¸ Open Doors International, juni 2013, http://www.worldwatchmonitor.org/2013/06/2579000/.

[4] “In Amenas: timeline of four-day siege in Algeria”, The Guardian, 25/01/2013, http://www.guardian.co.uk/world/2013/jan/25/in-amenas-timeline-siege-algeria.

[5] “Chris Stevens, US ambassador to Libya, killed in Benghazi attack”, The Guardian, 12/09/2012, http://www.guardian.co.uk/world/2012/sep/12/chris-stevens-us-ambassador-libya-killed.

[6] Markus Tozman, “A short overview of the status quo of Christian minorities in Egypt, Iraq, Turkey, Syria and Lebanon”, World Watch Unit, Open Doors International, 2012.