Israël ligt aan alle kanten onder vuur. Dit kleine land wordt permanent bedreigd in haar bestaansrecht. Vanuit Iran, vanuit Gaza, door de terreurorganisaties van Hamas en Hezbollah, noem maar op. Israël is een land dat haar bestaan continu moet verdedigen en gedwongen is tot extreme veiligheidsmaatregelen.
Je verwacht dan van Nederland – vanouds een vriend van Israël – dat zij waar mogelijk in de bres springt voor dit land. Het land, de enige serieuze democratie in het Midden-Oosten, tenminste moreel een hart onder de riem steekt.
Maar wat doet minister Timmermans? Welke daadkracht laat hij zien?
Zorgt hij ervoor dat Hezbollah op de Europese terreurlijst komt, waarvoor de SGP al jaren pleit?
Zorgt hij ervoor dat dat het vredesproces een nieuwe impuls krijgt? Zorgt hij ervoor dat de Palestijnse autoriteit de pin op de neus krijgt zolang zij doorgaat met het verheerlijken van zelfmoordaanslagen? Wij zien daar helaas nog veel te weinig van.
Maar wat zien we wel? Wat is kennelijk een speerpunt van deze minister van Buitenlandse zaken? Het aanpassen van de labels van Israëlische producten! De etiketten moeten anders.
Parfum uit Oost-Jeruzalem, vlees van de Golanhoogte, met daarop het etiket ‘Made in Israël’? Dat kan echt niet, volgens minister Timmermans. Dat zet consumenten immers op het verkeerde been.
Je vraagt je echt af waar de minister toch mee bezig is. In ieder geval niet met het dichterbij brengen van vrede. Nederland loopt hiermee in de voorhoede om Israël te beschadigen. Dit helpt de vrede geen stap dichterbij. Waarom dit en waarom nu?
De minister laat zich zo voor het karretje spannen van anti-Israël activisten. Op deze wijze wordt de weg gebaand voor een boycot van Israëlische producten. Het is ook nogal schijnheilig om een braaf beroep te doen op consumentenvoorlichting, terwijl iedereen weet dat het hier echt om iets heel anders gaat dan rundvlees op een etiket terwijl er paardenvlees inzit. Waarom spreekt de minister zo verhullend over voorlichting aan de burger, terwijl het toch feitelijk sancties zijn op hem onwelgevallig beleid? Waarom niet wat eerlijker? Hier wordt gewoon de basis gelegd voor een boycot. De minister plaatst een ei in een broedmachine en kijkt verbaasd op als er een kuikentje uitkomt!
Schrijnend is ook dat Kamerleden in Israëlische kranten moesten lezen, dat de minister met dat aanmoedigen van etiketteren al aan de slag is gegaan, terwijl de Kamer daar niet eens fatsoenlijk over is geïnformeerd, zoals was beloofd en gevraagd.
De SGP heeft daarom afgelopen week in de Kamer erop aangedrongen dat de minister stopt met het aandringen op het brandmerken van producten uit Israëlische nederzettingen. De minister moet tenminste een pas op de plaats maken en eerst hierover fatsoenlijk overleg plegen met de Kamer.
Er is hier ook duidelijk sprake van selectieve verontwaardiging. Er zijn meerdere controversiële gebieden op deze wereld – denk aan de Turkse bezetting van Noord-Cyprus. Het is discriminatie om etikettering alleen toe te passen op Israël.
Daarbij moet ook beseft worden dat veel Palestijnen juist ook werk vinden in de nederzettingen.
Kortom: helemaal niemand schiet hier wat mee op.
De minister heeft toegezegd met een brief naar de Kamer te komen waarin deze materie nader wordt uitgelegd. De SGP zal er alles aan doen om het brandmerken van Israël te stoppen.
Ooit schreef een Engelse auteur:
‘Uiteindelijk zullen we ons de woorden van onze vijanden niet herinneren, maar het zwijgen van onze vrienden.’
De SGP zal níet zwijgen als de belangen van Israël in het geding zijn.
C.G. van der Staaij, voorzitter van de SGP-fractie in de Tweede Kamer
D.J.H. van Dijk, beleidsmedewerker voor de SGP-fractie in de Tweede Kamer
Commissie Internationaal schreef over bovenstaand onderwerp laatst een statement.