Een popcultuur van liefdadigheid of werken aan serieuze groei

door | 26 september 2011

Het kabinet voert geen extra bezuinigingen door op ontwikkelingssamenwerking. Bij het debat tijdens de Algemene Beschouwingen werd een motie van ChristenUnie en GroenLinks aangenomen door de Tweede Kamer. 0,7% van het bnp wordt uitgegeven aan ontwikkelingssamenwerking, dat blijft zo.

We zijn het er allemaal over eens dat hulp noodzakelijk is. Maar hoe, daar zijn de meningen over verdeeld. Welke keuzes moeten we maken, en welke prioriteiten stellen we? Even over onze schouder kijkend. Er is de afgelopen decennia meer dan 1 biljoen dollar in ontwikkelingshulp gestopt. Jarenlang ontvingen vele landen begrotingssteun (Een som geld die onder voorwaarden beschikbaar wordt gesteld aan een land, waarvan de overheid dat naar eigen inzicht kan besteden.) Is het gewenste effect bereikt? Nee! Over het algemeen gezien zijn de ontvangende landen van ontwikkelingshulp er slechter aan toe. De ontwikkelingshulp heeft de armen armer gemaakt, en economische groei stilgelegd.

Vervallen schuur

Een vervallen schuur in een dorre omgeving

Zelfredzaamheid
Het grote geld gaat Afrika niet redden. Waar we naar toe moeten is zelfredzaamheid van de Afrikaanse burgers. Het probleem van gebrek aan zelfredzaamheid van de burger zien we terug in bestuurlijke onverantwoordelijkheid van overheden in de Sub-Sahara, met als gevolg dat grote sommen geld aan begrotingssteun die landen toegekend krijgen verdwijnen door corruptie of onverantwoorde projecten. De arme burger echter blijft arm en wordt zonodig nog armer omdat de overheid, van geld voorzien door het rijke westen niet meer afhankelijk is van belastinggelden van haar burgers, en dientengevolge geen verantwoordelijkheid toont.

Een niet zelfredzaam land zal, als het begrotingssteun krijgt, hulpverslaafd worden. Een groeiende corruptiefactor, een neerwaartse spiraal in de economie.

Waar we naar toe moeten is zoals gezegd, de zelfredzaamheid van de Afrikaanse burger. Dit bereiken we niet door (corrupte) overheden van geld te voorzien en uit te gaan van hun goede bedoelingen. Dat werkt al decennia lang niet, en gaat nooit werken. Wat de popcultuur van liefdadigheid en sentiment ook verzint. Het is een utopie.

Economische groei
Wat moeten we dan wel doen? Hulp geven waar hulp nodig is om een economische groei naar zelfstandigheid te realiseren. Bij de burgers dus, voedsel, onderwijs en infrastructuur nodig hebben om hun bedrijven te kunnen starten. Het produceren van malarianetten bijvoorbeeld. Organisaties als FMO en Woord & Daad investeren juist hierin. Voorzie locale ondernemers van een kleine lening (Microkredieten), en begeleidt dat desnoods. De ondernemer put uit locale bronnen en werknemers. Breek handelsbarrières af zodat de ondernemer ook kan exporteren.

Mogen we dan geen voedselpakketten meer droppen? Als mensen sterven van de honger? Absoluut wel… als noodhulp bijvoorbeeld. Maar daar waar we serieus willen werken aan internationale samenwerking leiden we burgers op, zodat ze in staat hun zaken zelf te regelen. En laat dan niet toe dat een of andere goede doelen organisatie een vliegtuig vol malarianetten als ´goede daad´ dropt in de regio, waardoor de lokale –met projectsteun gefinancierde- economie meteen om zeep geholpen wordt.

Stop dus met geld wegsluizen via corrupte regimes, waar geen Afrikaans burger beter van wordt. Investeer in de private sector en geef burgers verantwoordelijkheid in hun eigen projecten. Dát is een basis voor economische groei en zelfredzaamheid.

Goed bestuur
We moeten ons echter wel realiseren dat opbouw van de economie niet buiten de overheid om gaat. Om de economische groei in stand te houden is dan ook bestuurlijke zelfredzaamheid nodig.

In de huidige wereld kennen we een aantal bestuursvormen. Verreweg de minst slechte is die van de staatsrechtelijke democratie. De andere meest voorkomende variant, de alleenheerser, ook wel dictator genoemd is in de meeste gevallen niet bijzonder succesvol te noemen. De vraag is echter of wij ons westerse model van democratie moeten opdringen aan Afrikaanse landen, die erg hiërarchisch georganiseerd zijn. Ik ben van mening van niet. Mensen die slechts kleine mate van zelfredzaamheid bezitten (of helemaal niet hebben), hebben eerder behoefte aan een sterke leider, al dan niet democratisch gekozen. Een `zachte dictator` zeg maar. Het is niet onmogelijk om goed georganiseerde rechtstaten te creëren in Afrika, maar daar is wel wat voor nodig.

Bijvoorbeeld… een programma, georganiseerd door onze eigen politieke partijen, die ter plaatse jonge politici opleiden. De politiek wordt verantwoordelijkheid voor haar burgers geleerd, de rechtstaat wordt gevormd, het educatieniveau stijgt, de economie zal groeien en de relatie met Nederland verbetert. Kortom: een win-win situatie.

Aandachtspunten / aanbevelingen:

  • Hulp “beperken” tot een aantal kernlanden;
  • De huidige trend is dat we hulp ‘meten’, en bij onvoldoende resultaat binnen een bepaalde tijd de hulp stoppen. Dat is onwenselijk. Ontwikkelingshulp laat zich niet simpelweg meten door bijv. puur de economische groei. Keuze voor een land moet met een duurzame insteek gebeuren, en niet puur resultaatgericht;
  • Hulp moet niet puur economisch gericht zijn (tenminste niet datgene wat van overheids geld gedaan wordt), de economische groei komt vanzelf bij zelfredzaamheid en goed bestuur;
  • Hieruit volgt: hulp moet gericht zijn op zelfstandigheid;
  • Hulp richten op samenwerking met Nederland vanuit duurzame relaties. Dit resulteert in betere diplomatieke – en handelsbetrekkingen;
  • Politieke hulp bestaat niet uit het opleggen van democratie, maar politieke bewustwording. Dit kan gebeuren op partijniveau, – dus niet vanuit de overheid – wat beter aansluit bij de partijen in betreffende landen;
  • Nederland moet actief inzetten op Internationale Samenwerking in voormalig communistische landen. De landen zouden graag toetreden tot de EU en zien voordelen in de EU, maar de keerzijde van de medaille kennen ze niet;