Dat Bernie Sanders zich achter Hillary Clintons kandidatuur voor het Amerikaanse presidentschap heeft geschaard, schaadt links. Dat schrijft de populaire linkse filosoof Slavoj Zizek.
Uit de drang om de rechtse populist Donald Trump te verslaan, heeft Bernie Sanders zich net als veel andere progressieven achter Hillary Clinton geschaard, maar die “democratische consensus is niet gezond voor de politiek noch voor links”, aldus Zizek in Newsweek. De Sloveense filosoof bepleit een stap terug om eens te laten bezinken wie er allemaal wel niet deel uitmaakt van die consensus. Inmiddels staan immers zowel Wall Street als de restanten van de Occupy-beweging achter Clinton, zowel big business als de vakbonden en zowel de milieubeweging als neoconservatieven uit het Republikeinse establishment.
“Maar wat verdwijnt er in dit alles omvattende conglomeraat?”, vraagt Zizek zich af. De links roep om sociale gerechtigheid gaat dikwijls gepaard met het bepleiten van vrouwen- en homorechten, van multiculturalisme en de bestrijding van discriminatie en racisme. Volgens de filosoof is het strategische doel nu echter om al deze zaken los te maken van de roep om sociale gerechtigheid.
Een symbool daarvan is Tim Cook, CEO van Apple, die een oproep voor LGBT-rechten ondertekende en zich nu geen zorgen meer hoeft te maken over de slavernijomstandigheden van honderdduizenden Foxconn-arbeiders die in China producten in elkaar zetten voor Apple, hij heeft immers zijn grootse gebaar van solidariteit met de minder bevoorrechten gemaakt, door de afschaffing van gendersegregatie te eisen.
Dezelfde houding werd in het extreme doorgevoerd door de eerste vrouwelijke minister van Buitenlandse Zaken in de VS, Madeleine Albright, een groot supporter van Clinton die in de eerste regering van haar man van 1997 tot 2001 diende. In het tv-programma 60 Minutes op CBS (12 mei 1996), werd Albright gevraagd naar de kruisraketaanvallen op Irak in dat jaar bekend als Operation Desert Strike: “We hebben gehoord dat ene half miljoen kinderen omgekomen zijn. Ik bedoel, dat zijn meer kinderen dan er omkwamen in Hiroshima. En, weet je, is het die prijs waard?” Waarop Albright kalm antwoordde: “Ik denk dat dit een hele moeilijke keuze is, maar de prijs .. we denken dat het die prijs waard is.” Laten we alle vragen die dit antwoord oproept negeren en ons op een aspect focussen: kunnen we ons voorstellen wat een ophef er uit zou breken als iemand als Poetin of de Chinese president Zi hetzelfde zou antwoorden? Zouden ze niet onmiddellijk als kille en rücksichtslose barbaren gedenuncieerd worden in westerse kranten?
Campagne voerend voor Hillary, zei Albright: “Er is een bijzonder plekje in de hel voor vrouwen die elkaar niet steunen!” (Lees: die voor Sanders stemmen in plaats van Clinton.) Misschien moeten we deze uitspraak amenderen: er is een bijzonder plekje in de hel voor vrouwen (en mannen) die denken dat een half miljoen dode kinderen een prijs die men zich kan veroorloven voor een militaire interventie die een land ruïneert, terwijl men zich in eigen land hard maakt voor vrouwen- en homorechten.
Zizek waarschuwt vervolgens dat de fixatie op Trump er niet toe mag leiden dat links geen oog meer heeft voor de aard van de Clinton consensus. De boodschap daarvan vat hij zo samen, dat links op cultureel gebied in alles zijn zin kan krijgen, zolang het globale kapitaal maar ongehinderd zijn gang kan gaan. Obama’s “Yes, we can!” krijgt zo een nieuwe lading: Ja, we kunnen tegemoet komen aan al jullie culturele eisen zonder de mondiale markteconomie in gevaar te brengen en dus is er geen noodzaak voor radicale economische maatregelen.
Uiteindelijk moet Zizek Trump dan ook gelijk geven als hij Sanders’ steunverklaring voor Hillary Clinton vergelijkt met een Occupy-activist die zijn steun voor Lehman Brothers verklaart. Sanders had er volgens de filosoof beter aan gedaan zich stilletjes terug te trekken en zich niet meer te laten zien in de campagne, als een duidelijk teken van wat er aan links gedachtegoed ontbreekt in Clintons platform.